dus het is niet zo, dat alle processen nu stil staan. Want die gemeenten
realiseren zich natuurlijk heel goed, dat je niet in mei of juni nog eens
kunt beginnen; ze moeten hun zaken natuurlijk eveneens klaar hebben liggen.
Het is natuurlijk teleurstellend, dat het niet doorgaat zoals Teteringen
het heeft ingezet, dat is hij met de raad eens. Van de andere kant: de
processen staan niet stil, integendeel, zowel in het overleg tussen Tete
ringen en Breda als in de gemeenten, die nu nog met de hakken in het zand
staan, gebeuren ook een aantal dingen, want het zou heel onverstandig zijn
wanneer dat niet zo was. En de andere gemeenten weten ook wat Teteringen
als gespreksonderwerpen bij Breda naar voren brengt.
Raadslid Van Casteren vindt toch, dat het ook te maken heeft met politieke
geloofwaardigheid en daar zit hij best mee. De fractie heet aan de burgers
verkocht: wij gaan de hakken niet in het zand zetten; we gaan met Breda
praten om zoveel mogelijk uit het vuur te slepen voor de gemeente. En nu
wordt Teteringen daar min of meer op afgerekend.
De burgemeester vindt, dat het raadslid dit toch dramatiseert en in een
verkeerd daglicht stelt. Teteringen wordt niet afgerekend, het overleg is
opgestart, Teteringen is in overleg met Breda, de gesprekspunten liggen op
tafel, alleen worden er geen definitieve besluiten genomen totdat ook de
anderen meepraten. Daarom heeft hij niet de indruk, dat de raad zich
politieke ongeloofwaardig opstelt, integendeel.
Raadslid Braat zou dan willen weten, waar die politieke ongeloofwaardigheid
dan precies ligt volgens De Dorpsgemeenschap. Dat zou prettig zijn, want
dan zou de raad de verantwoordelijkheid gezamenlijk kunnen dragen.
Raadslid Van Casteren herhaalt: het feit, dat Teteringen vroegtijdig het
overleg is aangegaan in de verwachting, dat bij een coöperatieve opstelling
meer kon worden bereikt, dan wanneer de gemeente zich tot het einde toe was
blijven verzetten.
Raadslid Braat vindt toch, dat Teteringen een overleg is gestart, waarvan
men de vruchten wilde plukken, maar dat dit door de situatie van dit moment
is achterhaald.
De burgemeester deelt de teleurstelling van allemaal, maar de term 'poli
tieke ongeloofwaardigheid' deelt hij niet.
Raadslid Braat meent, dat die term gedefinieerd zou moeten worden, want dat
is nogal wat. Dat is toch de verantwoordelijkheid van de hele raad.
Raadslid Van Casteren wil hierop een andere keer best wel terugkomen. Het
was zeker niet zijn bedoeling (onverstaanbaar)
De burgemeester concludeert, dat weer eens blijkt, hoe levendig het poli
tieke gebeuren in Teteringen leeft; zelfs buiten de raad worden daarover
hele bomen opgezet, waarmee overigens in heel plezierige sfeer de avond zou
kunnen worden gevuld.
Vervolgens sluit hij het vragenhalfuur
