13Voorstel tot het vaststellen van de rekening 1994 van het grondbe-
drij
Raadslid Van Casteren heeft gezien, dat de exploitatie van het plan De
Haenen er zeer gezond uitziet. En aangezien Teteringen als zelfstandi
ge gemeente nog maar zeer kort heeft te gaan is hij benieuwd naar
eventuele plannen van het college ten aanzien van het batig exploita
tiesaldo voor de komende jaren. Zijn fractie doet de suggestie om eens
te zoeken naar een onderkomen voor de straks mooi gerestaureerde
schilderijen en een aantal zaken, die door de Heemkundekring zijn
gerealiseerd.
De voorzitter antwoordt, dat de raad bij het vaststellen van de
begroting 1996 al een behoorlijke greep heeft gedaan in de kas van het
grondbedrijf, door een bedrag van vijf ton te gebruiken voor het rond
krijgen van de exploitatie zonder dat daardoor een verhoging moet
worden toegepast. In de commissievergadering was al te zien, dat het
vermogen van de gemeente Teteringen wat stijgt, juist tengevolge van
het batig saldo van het grondbedrijf.
Ten aanzien van de huisvesting van de Heemkundekring en de materialen
die men beschikbaar heeft is al contact gelegd met de gemeente Breda.
Daar heeft het college naar voren gebracht, dat Teteringen voor de
Heemkundekring graag een ruimte zou hebben om kleinere dingen te
exposeren - en daarbij wordt dan gedacht aan één van de ruimtes in het
gemeentehuis - maar ook om hier in de directe omgeving een schuur
beschikbaar te stellen voor de grotere materialen, zoals opgeknapte
landbouwmaterialenDeze kwestie zit dus al 'in de pijplijn'.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders.
14Voorstel tot het vaststellen van de 2e wijziging van de "Verordening
onroerende-zaakbelastingen 1995"
Zonder bespreking en zonder hoofdelijke stemming wordt besloten
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders.
15Voorstel tot het beslissen op het bezwaarschrift van de gemeente Breda
tegen het niet vaststellen van de 4e partiële herziening bestemmings
plan Buitengebied 1983 - Stadskwekerij
Raadslid Van Casteren zegt, dat, gezien de kop van het voorstel, bij
De Dorpsgemeenschap toch de vraag is gerezen, wat er nu straks beslo
ten wordt
De voorzitter geeft ten antwoord, dat niet de titel van het hoofdstuk
bepalend is, maar het voorstel en het besluit. In de tweede alinea
wordt voorgesteld om het bezwaar van de gemeente Breda niet ontvanke
lijk te verklaren en dat staat ook in het raadsbesluit.
Raadslid Van Casteren vat samen, dat de raad dus alleen besluit het
bezwaarschrift van de gemeente Breda niet ontvankelijk te verklaren en
daardoor tevens besluit er niet op in te gaan om het bestemmingsplan
te herzien. Ziet hij dit goed?
De voorzitter antwoordt, dat het besluit al was gevallen. Daartegen is
de gemeente Breda in beroep gegaan en heeft daar bezwaar tegen ge
maakt. Het college heeft dit opnieuw overwogen en dan kun je twee
kanten uit: je kunt het niet ontvankelijk verklaren en je kunt het
niet gegrond verklaren. Niet ontvankelijk verklaren is een puur
juridische zaak, waardoor het bezwaar niet eens behandeld behoeft te
worden en dat wordt dus nu besloten, op grond van jurisprudentie die
ten aanzien van dit soort zaken op grond van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening tot stand gekomen is. Daarbij komt de weging van de factoren
(dus de inhoud van het bezwaar) niet naar voren en komt zelfs niet aan
de orde. Door dit niet ontvankelijk verklaren blijft de gemeente dus