gemeente teteringen
-9-
VERSLAG van het vragenhalfuurgehouden na de raadsvergadering van 14 de
cember 199 5
De heer Van Meel wenst namens de publieke tribune eenieder een heel
prettige avond toe en smakelijk eten.
De burgemeester dankt de heer Van Meel en zegt, dat dit zeker zal lukken
omdat men in een te goeder naam en faam bekend staand etablissement een
voedzame maaltijd zal gaan gebruiken.
De heer Gemmeke vraagt naar het verloop van het overleg tussen de gemeente
Breda, Teteringen, Prinsenbeek en Nieuw-Ginneken. Hij weet, dat het tussen
Breda en Teteringen redelijk goed verloopt, maar het overleg met de beide
andere in aanmerking komende gemeenten lijkt wat vertragend te werken. Is
dat juist en wat zijn hiervan de consequenties?
De burgemeester antwoordt, dat spreker gelijk heeft. De gemeenteraden van
Nieuw-Ginneken en Prinsenbeek hebben besloten dat er geen formeel overleg
met Breda zal zijn tot het moment, dat er in de Tweede Kamer een beslissing
gevallen is. Die wordt in mei verwacht. Ondertussen is er wel wat informeel
overleg tussen de verschillende gemeenten, maar het vervelende is wel, dat
dit het proces van het overleg tussen Teteringen en Breda vertraagt, omdat
- niet geheel en al ten onrechte - van de zijde van Breda wordt gesteld,
dat zaken, die met Teteringen overeengekomen (afgesproken, overlegd) wor
den, repercussies hebben voor die andere twee gemeenten. En als men daar
niet geheel en al op de hoogte is en de draagwijdte er niet van kan
overzien, is het moeilijk voor Teteringen om afspraken te maken. Toch is er
afgesproken, dat op ambtelijk niveau de besprekingen worden voorgezet en
zoveel mogelijk al worden gereedgemaakt, zodat wanneer de andere gemeenten
ook toetreden (hetgeen volgens spreker vrijwel zeker is) bij de zaken, die
al klaar liggen, andere zaken erbij geschoven kunnen worden.
Spreker merkt op, dat hij nu aan de heer Gemmeke het antwoord heeft
gegeven, dat raadslid Van Casteren in de vergadering niet heeft gekregen.
Raadslid Van Casteren is enigszins gefrustreerd, niet door het antwoord,
maar door dit gegeven. Er is voor gekozen om niet als Don Quichot op te
gaan treden, maar de koe bij de horens te pakken en zaken te gaan doen die
men verwacht te moeten doen, in de hoop en de verwachting, dat dat voor de
gemeente geen windeieren zou leggen. Door het vroegtijdig met Breda
onderhandelen zou voor Teteringen voordelen op gaan leveren. Dat is de
insteek geweest en voor De Dorpsgemeenschap is het toch wel frusterend om
te moeten ervaren, dat deze taktiek ofwel door Breda is doorzien, ofwel
niet meer de taktiek van Breda is, waardoor Teteringen nu gelijkgesteld
gaat worden met andere gemeenten, die in deze de hakken in het zand hebben
gezet. Dat zit hem niet lekker.
De burgemeester moet een eventueel aan het adres van Breda bedoeld verwijt
tegenspreken. Volgens hem is het niet zo, maar door de politieke manipula
ties op landelijk niveau (waarbij Prinsenbeek en Nieuw-Ginneken door G.S.
eerst niet aan Breda toebedeeld waren, behalve het deel Bavel van de
gemeente Nieuw-Ginneken) komt de zaak toch wel in een ander daglicht te
staan en dat ligt niet aan de gemeente Breda. En het is dan niet een
kwestie van doorzien of het opzettelijk op deze wijze bezig zijn, maar men
heeft natuurlijk wel ook met die andere gemeenten te maken, die door de
staatssecretaris in het plan aan de gemeente Breda zijn toegevoegd en
waarvan het lijkt, dat dit door de Raad van State is overgenomen. Het
advies is overigens nog geheim, maar binnenkort zal toch duidelijk worden
wat daarin staat. Het beleid van de staatssecretaris - grote centrumgemeen
ten - kennende, heeft spreker niet veel twijfels of door de Raad van State
zal worden geadviseerd zoals dit door de staatssecretaris is ingediend.
Raadslid Van Casteren begrijpt het standpunt van het college op zich wel.
Het is denkelijk zo, dat Teteringen met Breda nog andere zaken heeft te
regelen, zoals bijvoorbeeld de bouwlokatie, en dat dit overleg zijn gewone
gang gaat. Daarom dringt zijn fractie ook niet aan op een totaal stopzetten