I 1 -13- verhaal zeer vaak gehoord; u hebt het zelf ook allemaal kunnen horen op de voorlichtingsbijeenkomst in Breda uit de mond van de gedeputeer de Van Geel, maar meer dan mondelinge overlevering bestaat er op dit gebied wat mij betreft niet; en ik kan u dat dan ook niet tonen. De tweede vraag waswaarom staat er in het voorstel en ook in het besluit het woordje "thans" opgenomen, "thans" af te wijzen? U moet dat woord zien in samenhang met de formulering die daar staat: gezien de nog vele onzekerheden (ik heb de tekst niet helemaal paraat op dit moment), dus wij zeggen: op zich is het een aansprekende planologische visie, maar gezien de vele onzekerheden vinden wij, dat wij op dit moment, thans "nee" moeten zeggen. Wanneer die onzekerheden weggehaald zijn, en er een aantal andere problemen (dichtheid van de bebouwing, hoogte van de bebouwing en infrastructuur, om er zo maar enkele te noemen) opgelost zouden zijn, zou dit een aansprekende en ook uitvoer bare planologische visie worden, maar gezien de onzekerheden stellen wij u voor thans in ieder geval dit af te wijzen, in de hoop, dat in de toekomst die onzekerheden allemaal eruit gehaald zullen worden en er wél een goede invulling - in de geest van dit voorstel: Bouwen aan het Landschap - zal komen, want dit voorstel heeft ontegenzeglijk kwaliteiten De heer Adriaansen biedt een motie aan. Ik stel voor, om even hierover beraad te houden en schors daarom de vergadering. De voorzitter heropent de vergadering en geeft het woord aan de fractievoorzitter van de WD. De heer Braat begint met de naamgeving van deze vierde fase en stelt voor deze te noemen: de eind goed - niet goed-bijeenkomstDit overigens terzijde. De door de heer Adriaansen ingediende motie wordt gesteund door alle fracties. Tijdens de schorsing is aan deze motie nog wat gesleuteld en ter ondersteuning van het te nemen raadsbesluit en met inachtneming van de argumenten, die in het raadsvoorstel zijn besloten, is-ie wat aangescherpt en thans zou hij deze motie in iets gewijzigde vorm aan het college willen overhandigen, gesteund door alle fracties. De voorzitter leest de motie in zijn nieuwe vorm voor: De raad van de gemeente Teteringen in vergadering bijeen; gelet op het Reglement van Orde van de raad; gelet op het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 8 november 1996; gelet op de beraadslagingen inzake de Structuurvisie "Bouwen aan het Landschap" voor het dorp Teteringen; ter ondersteuning van het te nemen raadsbesluit en met inachtneming van de argumenten in het raadsvoorstel en de verdere behandeling van dit voorstel; overwegende, dat op grond van de planningsopgave woningbouwontwikke- ling uit het stadsregionaal uitwerkingsplan, zoals weergegeven op bladzijde 44/45 van dat rapport, qua aantallen woningen niet locatie gebonden hoeft te worden geïnterpreteerd is van mening, dat de voorgenomen bouwlocatie van 3000 woningen in Teteringen in volstrekte tegenstelling is met hetgeen bedoeld wordt in de handelingen van de Tweede Kamer tijdens de behandeling van het herindelingsvoorstel gemeenten in de regio Breda; dat de identiteit van Teteringen door het voorgenomen bouwvolume van 3000 woningen als verloren beschouwd kan worden; roept het provinciaal bestuur en de gemeente Breda op het maximum bouwvolume van 2000, inclusief de 500 woningen aan de rand van Breda, als basis in de Structuurvisie op te nemen en gaat over tot de orde van de vergadering. Teteringen, 28 november 1996. Ondertekend door alle fracties van de gemeenteraad. Deze motie is dus ingediend door de raad en maakt dan ook verder deel uit van de beraadslagingen. Raadslid Braat heeft op dit moment hieraan niets toe te voegen. Raadslid Joosen wil de heer Van Casteren ten antwoord geven, dat hij dit om 7.00 uur gedaan heeft; toen was hij nog niet gefrustreerd en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Teteringen - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1996 | | pagina 13