-15-
woningen) dat hij eigenlijk zou willen zeggen: deze structuurvisie, al
is die ook nog zo opgeklopt, past eigenlijk niet in het dorp Teterin-
gen en vandaar dat hij het woordje "thans" wel zou kunnen missen, met
alle "mitsen" die er worden gesteld.
Raadslid Van Casteren interrumpeert. De heer Adriaansen geeft aan, dat
hij de Structuurvisie kan missen als kiespijn, om het zo maar eens te
zeggen. Maar in de motie komt toch heel nadrukkelijk naar voren, dat
u, zeker in eerste instantie, uw pijlen richt op de 3 000 woningen,
waarop we overigens allang onze pijlen richten, terwijl De Dorpsge
meenschap nadrukkelijk heeft gesteld: natuurlijk zijn we het oneens
met het aantal en met het ontbreken van een goede infrastructuur, maar
recht overeind blijft dat wanneer er gebouwd moet worden in Teterin-
gen, dat de visie die in de Structuurvisie staat, onzin is.
(Hierna volgt even een woordenwisseling door elkaar heen)
Raadslid Adriaansen vervolgt. Hij is er toch wat van geschrokken, dat
het convenant eigenlijk niet zwart-op-wit zichtbaar is. Waar ga je
toch naar toe met een convenant, dat je eigenlijk niet hebt, waar toch
voortdurend over gesproken wordt? Er moeten 3000 woningen gebouwd
worden. Hij wil vragen of het nog mogelijk is, dat het college toch op
de een of andere manier dat convenant eens krijgt en nagaat, welke
randvoorwaarden, welke hardheid erin zit. Hij vindt de toevoeging, die
de heer Braat op de motie heeft gemaakt, waardevol. Hij vraagt zich
af, of het convenant die hardheid ook heeft, van de 3000 woningen, die
er in Teteringen moeten komen. Of is het inderdaad maar in het lucht
ledige een afspraak tussen het rijk en het provinciaal bestuur?
Hij is blij dat de motie door de volledige raad is ondersteund, met
waardevolle aanvullingen.
Vervolgens maakt hij een opmerking in de richting van de burgers van
Teteringen. Hij is bijzonder blij met de opmerkingen, met de inspraak,
met de acties door de burgerij van Teteringen in de richting van de
gemeenteraad. Hij denkt dat het goed is dat er aantal opmerkingen
komen, waarmee de raad zijn voordeel kan doen.
De voorzitter reageert naar raadslid Van Casteren inzake het kranten
artikel over de prognose van de woningbouw in Brabant. Hij heeft het
artikel eveneens gelezen en hij is daar niet veel wijzer van geworden,
omdat enerzijds voorgesteld wordt om in de dorpen de bebouwing af te
remmen en anderzijds in de stedelijke gebieden de bebouwing zeer op te
voeren. Dat was althans het verhaal van de inspecteurs voor de ruimte
lijke ordening hier in Noord-Brabant. De minister heeft hier ook wat
onduidelijk op gereageerd. De gedeputeerde voor ruimtelijke ordening,
de heer Van Geel, heeft ook nog eens gezegd, dat zoals het gepresen
teerd werd, nooit zo rigoureus de bedoeling kon zijn, dus het is een
discussie zonder veel kop en staart. Daarom zou hij willen zeggen:
laat het gemeentebestuur zijn eigen pad kiezen, zijn eigen plan
trekken om, afhankelijk van de vage discussies die zich op landelijk
niveau afspelen, want daarvan wordt men in dit bestek en op dit moment
niet veel wijzer.
Hij wil toch even ingaan op het woordje "thans". Het besluit, dat de
raad neemt, wil een signaal afgeven aan degenen, die na Teteringen
over deze zaak beslissen en deze zaak verder uitwerken. En voordat
iemand nu kan zeggen: de raad van Teteringen die wil niks en nou
hebben wij weer vrij spel (want dat was hetgeen in eerste instantie
ook in die strategische opmerking van raadslid Van Casteren speelde)
Teteringen moet toch waardering voor de goede elementen van het plan
laten doorklinken en dat wil men met het woord "thans" doen, ook
gezien het feit, dat over een goeie maand de raad van Teteringen
hierin geen bijdrage meer kan leveren en dat anderen toch wel gecon
fronteerd moeten worden met de mening, die hier leeft. En om ieder
misverstand uit te sluiten en wij zeggen: gooi die mening maar de
prullenbak in (want dat zou Teteringen zeggen, als die zonder meer zou
worden afgewezen): dat is de intentie van Teteringen niet. De intentie
is: met overeindhouding van de goede elementen van het plan, te
zeggen: er zit een heleboel in wat weggestreept moet worden, waar nog
goed naar gekeken moet worden, nog maar weer een keer het hele rijtje:
infrastructuur, dragers van het plan, de aantallen woningen, de hoogte
van de woningen, en alle dingen, want het moet een dorp blijven en dat
ligt in de motie nog eens heel duidelijk vast.
Hij voelt er niets voor - maar als de raad dat wil zal hij dat natuur
lijk doen - om te gaan kijken hoe dat convenant in elkaar zit. De