12
Maar vervolgens zegt zij namens Teterings Belang vooral de ambtenaren te willen bedanken
en de secretaris, en ook de collega-raadsleden. Zij heeft drie jaren mogen meedraaien,
mogen meespringen in de trein, zoals de heer Van Casteren dat noemt. Men is het niet
altijd eens geweest met elkaar, maar zij denkt wel, dat men steeds een constructieve groep
is geweest en voor Teteringen wat mooie dingen heeft achtergelaten. Hierbij wil zij het
laten en zij hoopt, dat de mensen, die Teteringen gaan vertegenwoordigen in de nieuwe
gemeenteraad van Breda, in elk geval het Teterings belang zullen gaan behartigen.
Raadslid Van Casteren vindt, dat bij deze raadsvergadering een klein politiek testament
hoort en enige persoonlijke woorden.
Vanavond heeft men te maken met een historisch moment. Deze vergadering zal de
geschiedenisboeken ingaan als de laatste van een zelfstandig Teteringen. Voor het weekend
hebben wij op grootse wijze afscheid gevierd en hij complimenteert de organisatoren
hiermee, in het bijzonder Jac van der Veeken, die door deze raad naar voren is geschoven
om de kar te trekken. En hij heeft geconstateerd, dat er in Teteringen erg veel talent is.
De laatste en zelfs al de voorlaatste periode van deze raad is gekenmerkt door een grote
machteloosheid in allerlei opzichten; de laatste tijd met handen en voeten gebonden door
de Wet Arhi en daarvoor door de besluitvorming in Den Bosch en Den Haag. Een
besluitvormingsproces waar maar weinigen echt vrede mee hadden. Het is kennelijk zo,
en de voorzitter heeft dit al gezegd, dat wanneer een proces eenmaal ingezet is, dit
autonoom verder gaat. Ook binnen de raad was dit gevoel van machteloosheid merkbaar;
niet dat de raad niet veel zaken op de rails heeft gezet en tot een goed einde heeft gebracht,
maar toch kwam er steeds weer de grote broer die naast Teteringen woonde, de grote buur
om mee te praten. Oppositie voeren was niet goed mogelijk: het belang van Teteringen
eiste eensgezindheid. Zelfs Johan van de Kreeke zaliger heeft dit meer dan eens opgemerkt.
De Dorpsgemeenschap heeft 23 jaar deel uitgemaakt van de raad en het college. Zij mag
dan ook voor een belangrijk deel verantwoordelijk gesteld worden voor de ontwikkeling
in Teteringen. Anderen mogen daarover oordelen hoe zij dat gedaan heeft.
De Dorpsgemeenschap constateert slechtsdat velen het wonen inTeter ingen prettig vinden
en dat veel mensen graag in Teteringen hadden willen wonen wanneer daar de gelegenheid
voor was geweest. En helaas, deze gelegenheid is niet gekomen. Niet, dat deze mensen
niet welkom zouden zijn geweest. Maar Teteringen blijft daardoor wel haar karakter
behouden. Is een dorp van deze omvang in staat zo veel en zo snel zo'n grote groep op
te vangen? Zijn fractie dringt bij de nieuwe raad aan op minder huizen en temporisering
van de bouwplannen.
Toch zijn er ook in Teteringen dingen, die de aandacht meer dan waard zijn en blijven,
waar met meer energie dan tot nu toe aan gewerkt zal moeten worden. Teteringen krijgt
ook te maken met grootstedelijke problemen. Groepen jeugd vervelen zich en gaan zich
te buiten aan vandalisme. De bouwwijzen in de Gouwen en Kerkeind met hun achteromme
tjes worden als sociaal onveilig ervaren. Verkeersgedrag dat geen rekening houdt met
andere weggebruikers levert gevaar op. Verloedering van naleving van regels, zonder dat
daar echt tegen opgetreden wordt, leidt tot ongewenste situaties. Niet allemaal specifiek
Teteringse zaken, maar men mag zijn ogen daar niet voor sluiten.
De toenemende vergrijzing leidt in Teteringen tot een moeizaam bestaan van tal van
verenigingen. Het zal nog een aantal jaren duren alvorens het inwoneraantal dit tij doet
keren. De Dorpsgemeenschap doet een beroep op de politiek verantwoordelijken na hen
om Teteringen die tijd te geven. Nu alles afbreken en straks met behulp van opbouwwerkers
weer van de grond af te moeten opbouwen, is niet erg constructief. Deze vergrijzing moet
ook consequenties hebben voor tal van zaken, zoals voorzieningen, woonvormenen andere
zaken die van belang zijn voor ouderen.
Zeer belangrijk voor De Dorpsgemeenschap is het behoud van de eigenheid van het dorp.
Hij realiseert zich dat groei altijd ten koste zal gaan van de kleinschaligheid en dat het
mogelijk moet zijn om het erfgoed waar Teteringen trots op is, te behouden, te koesteren
en waar nodig te versterken.