16
Adrianiis Johannes van den Brink, die
zich bij Akten, verleden voor mij Notaris
den 26sten Juli 1878 en 19den Augustus
1881, op gelijke wijze voor de daarbij ver
melde bedragen hebben verbonden, de eerste
comparant Leurs tot een bedrag van f3000
de tweede tot een bedrag van - 2000
Alle die Akten zijn overigens gelijkluidend en compa
ranten verklaren ter voldoening aan het besluit van den
Raad der Gemeente Breda van den 6 December 1873,
met afstand van de voorrechten van uitwinning en schuld
splitsing en van alle verdere voorrechten, welke hun tegen
den inhoud dezes zouden kunnen te stade komen te stellen
en te constitueeren tot borgen en principale schuldenaren
ten behoeve der gemeente Breda voor den Heer Lauren-
tius Franciscus Janssen te Breda, tot zekerheid voor het
door dezen in zijne hoedanigheid van Directeur der Bank
van Leening alhier te voeren beheer, aannemende en be-
loovende om bijaldien ter eeniger tijd mocht blijkendat
genoemde heer Janssen in zijne kwaliteit ter zake van het
rekenplichtig beheer hem daarin opgedragen, iets aan de
Gemeente Breda schuldig of ten achteren mocht komen
dit achterstallige dadelijk (elk voor de door hem beloofde
bedragen) als eigen schuld te zullen opleggen en betalen
op de eerste, tot dat einde aan hen conparanten te doene,
aanmaning en zonder dat zij tot die betaling door eenig
gewijsde of door eenige rechtsformaliteiten zullen behoe
ven te worden genoodzaakt, noch dat vooraf het achter
stallige rechterlijk zal behoeven te worden geconstateerd,
met het gevolg alzoo dat een eventueel te korl door de
comparanten aan de Gemeente Breda zal worden vergoed
en gekweten ter concurrentie van de hierboven vermelde
bedragen.
Derhalve heeft de Gemeente Breda tot verhaal van het