beleend met de vcrloopen inlereslen, terwijl van de Erven
J. P. Eelliens, werd aangekocht liet tegenwoordig lokaal der
Bank, waaraan echter later veel is verbouwd, voor de som van
7000.
Opmerkelijk is het, dat, ofschoon die 7000 zoomede de
kosten zijn betaald uit de kas der Bank (Zie notulen van
5 Mei 1830 en 14 Mei 1831) de aulhorisalie echter van den
Minister van Binnonlandsche Zaken lot aankoop van gezegd
huis is gegeven op den Stedelijken Raad (zie notulen van
19 Febr. 1831), zoodat het koopcontract dat met de oude
bescheiden volgens de notulen van 14 Mei 1831, in do
ijzeren kist is gelegd doch nog niet verstrekt, wel zal lui
den ton name der stad, geheel overeenkomstig Artikel 38
van het Reglement, bepalende dat in de bcnoodigde lokalen
van Stadswege voor rekening van de Bank zal worden voorzien.
Ten gevolge vermoedelijk van het veelvuldig lossen van
panden, werd op 7 Juli 1830 uithoofde van de ruimte dei-
kas 7000 geplaatst bij de Maatschappij ter begunstiging
van Volksvlijt te Brussel, welke 7000 in 1831 aldaar weder
zijn gelost en gevoegd bij 3000 uit dc kas, met welke ge-
zamentlijkc somma van ƒ10,000.een gelijk bedrag ten
Raadhuize ten overstaan van eene Commissie uit den Raad
is uitgeloot en afgelost van do leening van 40,000.
Be resterenda ƒ30,000 zijn op liet eind van 1832 van
Stadswege aan de Heeren Jochems en Zoon afbetaald, ten
gevolge waarvan de Bank aan de stad moest vergoeden dc
interessen ad vijf percent van gezegd kapitaal vroeger aan
de Heeren Jochems en Zoon betaald (zie notulen 20 Decem
ber 1832).
Gemeld reslanlkapitaal van 30,000 is door de Bank van
af den jarc 1818 tot den 1 Iden Mei 1863, onder den Di
recteur Michiolson cu later zijne weduwe, sucsessievclijk