16
en voorstelt art. 31 litt. k te lezen als volgt: «met
losse paarden, rijwielen, rij- of voertuigen bespannen
of niet bespannen enz."
De wijziging heeft de commissie tevens eene mis
stelling doen ontdekken; de tweede alinea toch van
art. 40, oorspronkelijk deel uitmakende van een meer
omvattend artikel, is abusievelijk onder dat art. 40
blijven staan, terwijl het thuis behoort bij art. 53aan
't slot van littera g.
De commissie stelt derhalve voor art. 40 te doen
vervallen het verbod van de eerste alinea komt onder
art. 31 litt. k en de 2e alinea onder art. 53 litt. g.
Art. 41.
De heer Romisouts stelt voor aan dit artikel toe te voegen
//de bepalingen vervat in h, i en j van art. 31 zijn mede op
den berijder van een rijwiel toepasselijk."
Met de aan dit voorstel ten grondslag liggende be
doeling kan de commissie zich zeer wel vereenigen
tegen de overneming van de voorgestelde bepalingzooals
zij luidt, heeft de commissie echter bezwaar met het
oog op de in de bepalingen van art. 31 h en i voor
komende uitdrukkingen //stapvoets" en draf.
De commissie, het voorstel van den heer Rombouts
wat zijne strekking betreft overnemende, stelt derhalve
voor achter art. 41 toe te voegen een nieuw art. 42,
luidende
//Het is verboden op de plaatsen en in de gevallen
omschreven bij art. 31 litt. h en i op een rijwiel zich
voort te bewegen met grootere snelheid dan die van
een gewonen voetganger.
De bepaling van art. 31 litt. j is mede op den
berijder of de berijders van een rijwiel toepasselijk."
HOOFDSTUK V.
De heer Schei.tus stelt voor in het opschrift van dit hoofd
stuk in plaats van //reinheid der straten" te lozen //het rein-
houden der straten."