27 De heer Romüouts stelt voor aan dit artikel de volgende alinea toe te voegen: //Zonder vergunning van burgemeester en wethouders mogen geene goederen langer op de kade verblijven, dan tot eene dadelijke in- of ontlading noodig is. In geen geval mag de passage daardoor worden belemmerd.* Dergelijke bepaling kwam ook voor in het oorspron kelijke ontwerp der commissie. Deze heeft het echter beter geoordeeld haar niet te behouden ten einde niet te prejudieeren op, of in strijd te komen met de in bewerking zijnde verordening op het heffen van retri butie voor het gebruik van gemeentegrond. Tegen het belemmeren der passage wordt naar het oordeel der commissie in allen gevalle voldoende gewaakt door de bepaling van art. 427 6ra van het Wetboek van Straf recht. Art. 95. De heer Ouicoop stelt voor in plaats van »of die hem vervangt" te stellen //of dengene die hem vervangt." De commissiezich met dit voorstel tot redactiever betering vereenigendeneemt het bij deze over. Art. 96. De heer Sciieltus stelt voor den aanhef van dit artikel te lezen als volgt Bij het opslaan van materialen zal niet hooger opgeslagen mogen worden dan Voor gebakken steen opgetast, nieuwe, tot M. 1.80. oude u 140. Do commissie erkent dat de aanhef van het artikel niet uitmunt door welluidendheid. Intusschen meent zij tegen het voorstel van den heer Sciieltus bezwaar te moeten maken omdat het haar voorkomtdat in den door hem voorgestelden zin het woord //voor" niet op zijne plaats is. Laat men dat woord weg dan is naar de meening der commissie de zin wel goed, maar door de plaatsing van het onder werp achter in den zin, evenmin welluidend.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 27