10 Middelljjn. Bodemdikte. Dikte staande wand. Dikte kap. 1,50 M. 0,15 M. 0,13 M. 0,15 M. 1,38 0,14 0,13 0,14 1,25 0,11 0,11 0,11 1,13 0,10 0,10 0,10 100 0,10 0,10 0,10 0,95 0,08 0,08 0,08 Deze putten moeten aan de binnenzijde zijn gepleisterd. De vereenigingsnaden der verschillende deelen moeten met Portland-cementmortel solied worden gedicht. Die van gegoten ij zier mogen geene mindere wanddikte dan 2 c.M. hebben. De naden moeten met ijzercemient wor den gedicht. Die van cementijzer (systeem Monier) mogen geene min dere wanddikte hebben dan 5 c.M. en uit één stuk zijn vervaardigd. Voor gemetselde beerputten moeten de wamden minstens zwaar zijn 22 c.M. (volgewerkt)van binnen voorzien zijn van eene klamplaag zwaar 5 c.M.; de bodem moet bestaan uit eene zandlaag, daarop twee gemetselde platte lagen, waarop eene rollaag gemetseld, alles van harde gebakken steen in cementspecie, bestaande uit één deel cement en twee deelen scherp zand bovendien den geheelen put van binnen, te bezetten met eene laag dito specie, dik 1 c.M. 2<>. Elke beerput of verzamelbak moet in de kap zijn voor zien van een mangat groot 50 c.M. middellijn, tot de hoogte van den vloer of het terrein met een gemetseldein hals of koker, gedekt met eein hardsteenen of gegoten ijzeren luik. rustende op dito rand. 3°. Voordat een beerput of verzamelbak in den grond wordt gesteld, moeten de verschillende daarvoor benoodigde deelen door of vanwege den gemeente-architect worden ge keurd. Daartoe moeten de eigenaars, vruchtgebruikers of beheerders der perceelen, alwaar de put of verzamelbak zal worden gesteld, of wel de architect, bouwmeester, op-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1904 | | pagina 10