VOORSCHRIFTEN BETREFFENDE HET ALS
WONING IN GEBRUIK NEMEN EN BE
WONEN VAN GEBOUWEN OF GEDEEL
TEN VAN GEBOUWEN.
19
provinciale- of gemeente-gebouwen, gebouwen bestemd voor
den openbaren eeredienst, gestichten, concert- en comedie-
gebouwen, torens en fabrieken) en 54 (wat betreft fabrieken
of dergelijke inrichtingen), door den gemeenteraad en voor
de overige voorschriften door burgemeester en wethouders.
Bij het verleenen der vrijstelling kunnen nadere eischen
worden gesteld.
HOOFDSTUK IV.
Art. 62.
Het is verboden, tenzij met vergunning van burgemeester
en wethouders, een gebouw of een gedeelte vaneen gebouw
als woning in gebruik te mennen eerder dan ieene maand,
nadat op schriftelijke aanvraag door burgemeester en wet
houders eene verklaring is afgegeven, dat aan de voorschrif
ten dezer verordening is voldaan.
Art. 63.
Het splitsen der als woning gebruikte ruimte van een
gebouw in meer woningen, dan tot dusver bestonden,
wordt mede beschouwd als het als woning in gebruik ne
men van een laatstelijk niet als woning gebezigd gebouw
of gedeelte van een gebouw.
Art. 64.
Bij het als woning in gebruik nemen van gebouwen of
gedeelten van gebouwen, laatstelijk niet als woning gebe
zigd, zijn toepasselijk de voorschriften vervat in de artike
len 18 (wat betreft het uitkomen van de hoofddeuren aan
den openbaren weg of aan een toegang van den openbaren
weg of van ten minste 3M. breedte), 21, 22, 24, 25, 26, 27,