BIJLAGE II. VII wij, mede als antwoord op de ingediende motie, als onze meening uit, dat de ondervinding zoowel hier als in andere plaatsen geleerd heeft, dat het niet wenschelijk is daartoe over te gaan. Door de betrokken diensten is nagegaan, of de werkloozen te werk konden worden gesteld aan de verbetering van trottoirbanden, het aanbrengen van leien op gemeente-gebou wen en andere, zoodat, indien noodig, het noodige personeel bij de Arbeidsbeurs zal worden aangevraagd. BEZUINIGING. a. VERHAAL VAN PENSIOENSBIJDRAGEN. B. VERLAGING SALARISSEN EN LOONEN. Zonder nadere aanduiding is de vraag, of ons College op grond van sommige bedrijfsbegrootingen wel alles zou hebben gedaan om de stijging der plaatselijke inkomstenbelasting zoo gering mogelijk te doen zijn, moeilijk voor beantwoor ding vatbaar. Wat de bezuiniging betreft, zien wij geen mogelijkheid daartoe te geraken, indien ten aanzien van de werkloozen- zorg en salarissen niets geschiedt. Wat het eerste betreft, verwijzen wij naar ons voorstel van October j. 1., dat door Uwen Raad verworpen werd. De aangelegenheid is weder in overweging genomen en spoedig zal daarvan het resultaat Uwen Raad bereiken. Ten aanzien van eene bezuiniging op de salarissen en pensioenen geeft het College, voor zoover het in deze maat regelen gewenscht acht, de voorkeur aan het stelsel van aftrek naar gezinsgrootte. Een pensioenkorting toch grijpt o. i. te ruw in, daar ze geen rekening houdt met de behoeften. Aangezien de salarieering thans gebaseerd is op een gezin met 2 kinderen, is het in de tegenwoordige omstandigheden alleszins redelijk evenals bijslag wordt gegeven bij uit breiding van het kinderaantal een aftrek toe te passen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1924 | | pagina 45