BIJLAGE I.
VII
De aandacht werd erop gevestigd, dat tengevolge van het
K. B. van 19 Januari 1924 in September a. s. een groot
aantal kinderen van 6 en 7 jaar voor Breda wordt dit aan
tal op 800 a 900 geschat niet naar school zullen kunnen
gaan, en gevreesd wordt, dat deze in de gezinnen tot over
last zullen zijn en veel op straat zijnde, zullen verwilderen.
Spreker wees op het loffelijk streven van het gemeentebestuur
van Haarlem, door terstond plannen te beramen, om hieraan
tegemoet te komen.
Hij achtte het wenschelijk, dat ook te Breda maatregelen
zullen worden getroffen. Is het niet zaak, vroeg deze spreker,
de subsidieering van het bewaarschool-onderwijs te herzien
en te zorgen voor goed bewaarschool-onderwijs, zelfs indien
het particulier initiatief te kort mocht schieten, door in het
leven roepen van gemeentelijke bewaarscholen.
De bewaarscholen zouden dan ook ten deele kunnen
worden ontlast, door het stellen van een minimum leeftijds
grens voor toelating. Meerdere leden betuigden hiermede
hunne instemming.
Een ander lid merkte hiertegen op, dat het niet aangaat,
dat de gemeente alle lasten op zich neemt, die het Rijk van
zich afwentelt, zoodoende wordt geen vermindering van
belastingdruk verkregen. Het Rijk legde ten aanzien van het
onderwijs reeds groote lasten op de gemeente en wentelde
de werkloozenzorg er ook op af.
In een andere afdeeling werd eveneens de wenschelijkheid
betoogd, over te gaan tot oprichting eener school voor
openbaar voorbereidend lager onderwijs. Door meerdere
leden eener afdeeling werd bij Burgemeester en Wethouders
aangedrongen tot het ten spoedigste doen van stappen bij
de Regeering ter voorkoming van verhooging van de leef
tijdsgrens voor toelating op de lagere scholen en uitstel
van het zevende leerjaar.
WERKLOOSHEID.
Gevraagd werd een overzicht te mogen ontvangen van