6 FEBRUARI 1925.
37
eenige verkeersdrukte aan den groei der aangrenzende
gemeenten wijten.
Verder wordt ons in de memorie van toelichting gezegd
„De brandweerdienst in de aangrenzende gemeenten is niet
sterk genoeg om, zonder hulp van Breda, naar behooren te
kunnen optreden."
Zooals ik gezegd heb, wordt in de geheele omgeving
beschikt over hoogedruk-waterleiding en dit feit maakt
genoemd argument vrijwel waardeloos.
Gaarne zien wij, dat onze actieve en goed uitgeruste
brandweer een enkele maal naar buiten uitrukt, zooals bij
den grooten kerkbrand in Terheijden, maar dandenken wij
er toch niet aan om Terheijden te annexeeren.
Wel denken wij, dat de kosten van zulke hulp behoorlijk
aan Breda moeten vergoed worden en daarvoor is gemak
kelijk een regeling te treffen.
Wat het onderwijs betreft zegt de memorie van toe
lichting van Ged. Staten „Verschillende onderwijs-inrich-
tingen worden zóó druk door leerlingen uit de drie aan
grenzende gemeenten bezocht, dat hierdoor alleen reeds het
bestaan eener natuurlijke eenheid zou kunnen worden aan
getoond".
M. d. V. Er zijn verschillende tegenstanders van het
aanhangige plan van grenswijziging, maar de conclusie, dat
Breda met hare omgeving eene natuurlijke eenheid vormt,
zal wel niemand hunner willen bestrijden.
Wat zegt deze conclusie?
Als men daarvan gebruik wil maken als argument vóór
annexatie, dan kan men over geheel Nederland wel op
groote schaal aan het annexeeren gaan.
De gemeente zelf heeft in hare uitvoerige memorie ge
sproken over bijzondere kosten, die zij heeft te dragen door
het schoolbezoek van leerlingen uit buitengemeenten.
Bedragen zijn niet genoemd en ik acht het van belang
te weten, welke die kosten zijn, natuurlijk uitsluitend voor
leerlingen, wonende in het nu te annexeeren gebied.