6 FEBRUARI 1925. 73 Ook lijdt een economische ontplooiing van onze bedrijven schade, al trachten wij door overeenkomsten er in te voor zien. Wij begrijpen, dat men individueel hier en daar in de buitengemeenten bevreesd is, iets meer in belasting te moe ten bijdragen, doch ten zeerste zal de verhooging nog al meevallen en voorts zullen de randbewoners moeten erken nen, dat zij lang te goedkoop met ons hebben meegeleefd en dat in de redelijke verdeeling van lasten (ziet eens de memorie van antwoord betreffende Delft Tweede Kamer 1919—1920, bijlage no. 320) mede een belangrijk argument voor grenswijziging kan zijn gelegen. II. Hoe staat het met den tegenstand in de vier gemeenten 1 Breda. Er is vrijwel geen tegenstand en het woord van den Voorzitter van een der kiesvereenigingen voor de ver kiezing voor deze Commissie, dat geen tegenstander door hem was ontmoet, bleek een bijna algemeene beteekenis te hebben. Bij die verkiezing hebben enkele tegenstanders, op wier banden met de buitengemeenten destijds al of niet terecht is gewezen, in een der districten een stemming uitgelokt, doch geen succes behaald de stemmen op hun candidaten werden verkregen, nadat in de laatste dagen vóór de stem ming het schaapskleed was aangetrokken en gepubliceerd dat die candidaten eventueel nog niet vast en zeker tegen grenswijziging zouden stemmen bovendien hadden zij op de lijst alfabetisch toevallige voordeelen, die van niet des kundige kiezers niet bedoelde stemmen hebben doen verkrijgen. De opinie, dat het niet kan blijven gelijk het is en uitstel zoude zijn te bejammeren, ook al voldoet een plan als het ingediende niet in allen deele, die opinie heerscht hier vrij algemeen en is overeenkomstig de zienswijze van opvolgen de raden, wethouderscolleges, burgemeesters, directeuren van publieke werken en anderen, die er mede hebben te maken. In de raadsvergadering van gisteren was er slechts één

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1925 | | pagina 157