82
6 FEBRUARI 1925.
Veel zal overigens afhangen van het beleid van den
nieuwen Raad, die trouwens niet als bij groote grensver-
anderingen elders of opbouw van een geheel nieuwe gemeente
als Eindhoven, voor groote moeilijkheden zal komen te staan.
In onze nota van 1922 zijn wij op de financieele quaestie
ingegaantoen ging het om ons voorstel van veel grootere
uitbreiding. Indien dit voorliggende plan bezwaren heeft,
dan staat in elk geval daartegen over dat financieel de zaak
veel beter is te doorzien hadden wij toen geen reden voor
ongerustheid in de toekomst, thans is daarvoor geenerlei
aanleidingintegendeel, zou ik durven zeggen. Evenmin als
b v. de burgemeester P a t ij n bij de grenswijziging Den
Haag-Loosduinen kunnen wij een behoorlijke proefbalans
geven. Wel kunnen wij, evenals hij, de Commissie raden
het plan niet uit financieel oogpunt te verwerpen. Men zal
niet „roekeloos" mogen zijn, als zonder eenigen grond in
een, men mag het wel noemen, berucht interview dezer
dagen aan Breda is ten laste gelegdterecht verloor de
oud-stadsbestuurder, thans even over de grens woonachtig,
zich niet in een zoeken naar motieven voor deze roekelooze
uiting.
Dat men ook elders de zaak allerminst donker inziet,
blijkt uit een becijfering van „Cijferaar" in het Dagblad van
Noord-Brabant van 7 October j.l.
Weer zoo n masker, onderbreekt de heer OOSTVOGELS.
De VOORZITTER vervolgt:
Ik meen dat iemand buiten deze streek hier aan het woord
is en als onbevooroordeeld stuk verdient het kennisneming
de conclusie is daar financieel zeer ten gunste van grens
wijziging. Maar nog eens te veel speculatiefs is er in een
becijfering gelegen, dan dat op eenigermate afdoende wijze
zou zijn gevolg te geven aan het verzoek van de heeren
van Ginkel en Oostvogels: zij kunnen m.i. daar
van toch niet hun stem voor of tegen doen afhangen.