BIJLAGE I. XXI door gebrek aan ruimte niet behoorlijk aan zijn bestemming kon beantwoorden en verzochten Burgemeester en Wethouders een voorstel in te dienen tot verplaatsing van het Museum, opdat de daardoor vrijkomende ruimte voor het po'itie-bureau zou kunnen worden benut. In het bijzonder werd gewezen op de kamer van den Commissaris van politie, welke drin gend verbetering behoeft. Een lid gaf in overweging den politiepost aan de Nassau- straat achteruit te plaatsen, wijl dit gebouw het uitzicht be lemmert en daardoor gevaar oplevert voor het auto-verkeer. 70c. Een der leden achtte het wenschelijk de neventoe stellen voor rekening der gemeente te brengen, evenals zulks geschiedt bij die van den directeur en onder-directeur der lichtbedrijven. 86. Alle leden der afdeeling drongen aan op goede ver lichting van den Wilhelminasingel en den Oranjesingel in verband met het feit, dat deze een steeds meer belangrijke plaats in het verkeer gaan innemen. Een lid betreurde, dat de verlichting van den ingang van het Valkenberg aan de Catharinastraat nog aan de crisis-jaren herinnerde. Hij wenschte de monumentale lantaarns van het hek waar de Catharina straat electrisch wordt verlicht geëlectrificeerd te zien en was overtuigd, dat een dusdanige verlichting zou strekken tot verfraaiing van het Valkenberg. Hoofdstuk IV. Algemeene beschouwingen. Meerdere leden wenschten te vernemen, hoe het staat met de plannen tot oprichting van een openbaar badhuis en vroegen daarbij, of door het particulier initiatief in de naaste toekomst vaste plannen voor een badhuis zijn te verwachten en of het College van Burgemeester en Wethouders bereid is om, in dien voor dit laatste geen zekerheid bestaat, zelf met voor stellen te komen tot het bouwen van een gemeentelijk bad huis.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1927 | | pagina 21