BIJLAGE II.
XXI
174. Omtrent onvindbaarheid van urinoirs is ons niets
gebleken. Plaatsing van een nood-urinoir tijdens de kermis
nabij het kermisterrein op de Oude Vest zal worden over
wogen.
Het denkbeeld om op het middenpad aan het begin van
de Nieuwe Ginnekenstraat nabij het van Coothplein een
cabinet d'aisance te plaatsen, vindt bij ons-geen steun.
Voor de beantwoording der overige opmerkingen kunnen
wij volstaan met te verwijzen naar de memorie van antwoord
voor 1926.
177b. De posten 60, 61 en 62 zijn voldoende voor het
gewone onderhoud. De toestand van de singelgrachten is in
het geheel niet slecht en regelmatig wordt met baggeren
doorgegaan. De kwestie der watervervuiling is in onderzoek.
Het bodempeil van de rivier „de Mark" is eenigszins lager
dan dat onzer havens, ongeveer 0.60 M., wat vooreen ka
naal in verband met de zuiging der schepen bij snellere vaart
noodzakelijk is.
In verband met bruggen enz. zou het zeer bezwaarlijk en
kostbaar zijn het bodempeil der havens aanmerkelijk te ver
lagen. Het spuien onzer singels is reeds meermalen een
onderwerp van bespreking geweest en heeft onze volle
aandacht. Het talud van den Sluissingel is op sommige
plaatsen eenigszins beschadigd, hetgeen het gevolg is van
daar ter plaatse liggende visscherschuitjes. Te gelegener tijd
zullen deze vakken weer worden hersteld.
178. Met genoegen constateeren wij de belangstelling
voor de carillonconcerten.
179b. De bedoelde begraafplaats ligt achter „Heidehof"
aan den Tilburgschen weg. Het komt hoogst zelden voor,
dat daar iemand wordt begravener zijn thans maar enkele
graven. Hierdoor is het uitgetrokken bedrag voldoende.
182. Deze gratificatie berust op het raadsbesluit van
23 November 1907.
191. Bedoeld trottoir is het gedeelte met goot, gelegen
op rijksgrond voor de bewaarderswoningen aan den