XXXII
BIJLAGE I.
429A. Eenige leden wenschten den post, evenals voor
1927 geschiedde, „memorie" te zien geraamd, omdat zij het
onjuist achtten, om door het aangeven van het bedrag vooruit
te loopen op een nadere beslissing van den Raad. Hier
tegenover werd opgemerkt, dat waar de Raad reeds voor
twee jaren een subsidie naar denzelfden maatstaf had ver
leend, het juist gezien was, op dit nummer een bedrag naar
dien maatstaf te ramen. Aan zoodanige raming werd de
voorkeur gegeven boven een aantal memorieposten, waar
tegenover noodzakelijker wijze een hooger bedrag „Onvoor
zien" moest worden geraamd. Andere leden wenschten eene
vergelijking te trekken, tusschen de posten 422 en 429A,
en op grond daarvan op een belangrijke verhooging van
dezen laatsten post aan te dringen.
442. Eenige leden meenden uit goeden bron te weten,
dat het ernstig voornemen bestaat, om hier ter stede een
middelbaar technischen avondcursus op te richten, en bevalen
dit streven van particuliere zijde in de warme belangstelling
van Burgemeester en Wethouders aan.
448a. Gevraagd werd, op welke rekening thans de blij
kens de begrooting voor de ambachtsschool voor 1927, in
het jaar 1925, ontvangen som, voor verkochte voorwerpen
ad f 291,85 is gestort. Op de rekening 1925 was dit niet
geschied, en blijkens de eerste kolom der thans ingediende
begrooting ook niet op de rekening van 1926. Waarom is
dit bedrag zoo laat gestort?
458. Eenige leden betoogden, dat de thans voor de
openbare leeszaal en bibliotheek uitgetrokken subsidie ad
f 1306.laag was en naar den geldenden maatstaf thans
gegrond op een minderheid van 2000 niet-Roomsch Katho
lieken, behoorde te bedragen f 1680.Dit bedrag is
vanaf 1 Mei 1927 verschuldigd. Zij wezen erop, dat in
middels een nieuwe regeling was tot stand gekomen, die