XXXVI
BIJLAGE II.
belasting in het genoemde geval, zoodat te dien aanzien
van ons geen voorstel te verwachten is.
Hoofdstuk XIII Paragraaf 2.
Verwezen wordt naar het hierboven medegedeelde bij
volgnr. 201e.
Hoofdstuk XIV.
629. Zooals in de memorie van toelichting is medege
deeld, bestaat omtrent de al dan niet behoefte aan kasgeld,
geen voldoende zekerheid. Op dien grond is het onjuist
op dezen post een bedrag te ramen, te meer waar ook
onder ontvangst voor uitzetting van kasgeld geen gelden
geraamd zijn.
Hoofdstuk XVI.
631. Meer toelichting dan bij de begrooting kan niet
worden gegeven. De hier bedoelde bedragen staan nog
geenszins vast.
KAPITAALDIENST.
Hoofdstuk 1.
632 Inderdaad sluit de kapitaaldienst met een nadeelig
saldo. Dit is het eindsaldo der verschillende hoofdstukken,
waarvan sommige met een nadeelig, andere met een batig
saldo sluiten. Deze laatste batige saldi worden hier bedoeld.
Hoofdstuk V.
663A. De loop der omstandigheden heeft ertoe geleid
in zake de inning der bedoelde vergoedingen coulant te
