XXVIII
BIJLAGE lb.
BURGERLIJK ARMBESTUUR.
In alle afdeelingen wordt door enkele leden aangedrongen
om omzetting van het Burgerlijk Armbestuur in een Werk
van Maatschappelijk Hulpbetoon, waarbij meer samenwer
king komt tusschen de burgerij en den Raad. Een Burgerlijk
Armbestuur lenigt wel de nooden, maar Maatschappelijk
Hulpbetoon helpt de menschen zoo mogelijk geheel uit de
zorgen.
Dit denkbeeld wordt door vele anderen bestreden, terwijl
lof geuit wordt over het Bredasche Armbestuur en diens
werk, mede daar de werkwijze zooals bedoeld wordt, hier
reeds is ingevoerd.
Hoofdstuk I, punt 1.
Meerdere leden dringen nogmaals aan op verhooging
van het salaris van den rentmeester en verzoeken Burge
meester en Wethouders zoo spoedig mogelijk met voor
stellen dienaangaande te komen.
Hoofdstuk I, punt 2a.
De wenschelijkheid wordt uitgesproken door een lid, om
een tweeden bode-informateur aan te stellen.
Een ander lid vraagt, waar het verschil zit tusschen de
werkelijke uitgaven in 1927 en het geraamde bedrag voor
1928.
Hoofdstuk II, punt 1.
Door meerdere leden wordt gevraagd, wat er gebeurt met
het gebouwtje waar soep werd uitgedeeld.
Hoofdstuk III, punt 1.
Meerdere leden wenschen de collecte langs de huizen op