BIJLAGE Ilia XLIX het nazien van de administratie van den Gemeente-Ontvan ger, waartoe Burgemeester en Wethouders zich hebben bereid verklaard in hun antwoord op het Centraal Rapport der vorige begrooting, heeft plaats gehad, en zoo ja, met welk resultaat? V1 g n. 341. Enkele leden vragen in hoeverre het onder zoek, verleden jaar toegezegd, in zake een goed raadsver- slag op korten termijn, gevorderd is? Een lid wenscht een post uitgetrokken te zien voor een bibliotheek voor de raadsleden. VIgn. 342. Een lid wenscht dezen post te verhoogen ten behoeve der publieke tribune en daarop zitplaatsen aan te brengen. VIgn. 348. Een lid vraagt, in de stad schuttingen te plaatsen voor aanplakbiljetten in den tijd der verkiezingen. VIgn. 350. Een lid vraagt, een vaste regeling voor de ambtenaren voor reiskosten etc. VIgn. 361. Een lid vraagt, of bij de volkstelling onre gelmatigheden zijn voorgekomen en of daartegen maatregelen zijn getroffen. VIgn. 371. Een lid vraagt: Kan de leening 1919 pro resto groot f. 191.250.— en rentende 5 niet geconverteerd worden V1 g n. 3 7 6 f. Een lid acht dezen post te laagwel is de stal van het woonwagenkamp veranderd, zoodat de paarden ruimer kunnen staan, maar er kunnen slechts zeven paarden een plaats vinden. HOOFDSTUK III. OPENBARE VEILIGHEID. Van meerdere zijden wordt aangedrongen, dit hoofdstuk binnen de meest enge perken te houden. Een tweetal leden vraagt, waarom op 10 Dec. j.l. bijzon dere maatregelen zijn getroffen ten opzichte van de publieke tribune, o.a. door niet meer dan vijf en twintig personen toe te laten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1931 | | pagina 49