LXIV BIJLAGE IV. De subsidie-verlaging is niet zoo belangrijk, dat daardoor den vereenigingen het werken onmogelijk wordt gemaakt. Mede op dien grond kwam ons voorafgaand overleg niet noodig voor. Aangezien vrijwel alle verleende subsidies vereenigingen betreffen, welke zich bewegen op het gebied van de volks gezondheid en cultureele aangelegenheden, zou van bezuini ging op dit gebied geen sprake geweest kunnen zijn. Vermindering van alle subsidies met eenzelfde percentage zou ons inziens niet juist zijn, omdat daarbij rekening dient te worden gehouden met het meer of mindere belang dat voor de gemeenschap aan die subsidieering verbonden is. Het heeft onze aandacht getrokken, dat eenerzijds rege lingen worden gewenscht, welke de begrooting zullen bezwa ren, terwijl blijkbaar anderzijds teruggeschrokken wordt voor het aanbrengen van noodige bezuinigingen. Indien inderdaad reden is voor de opmerking in zake het ondoordacht uitvoeren van werken, zoo had het desbetreffend lid daarvoor andere motieven moeten aanvoeren, dan hij thans doet. Gaarne zullen wij bevorderen, dat steeds een volledig bijge werkte begrooting in de leeszaal aanwezig is. In het algemeen is voor het verwijt inzake het lang uit stellen van prae-adviezen geen grond aan te voeren. Wanneer het in sommige gevallen voorkomt, dan is dit te wijten aan de moeilijkheid van het onderwerp. Hoofdstuk I. Volgnr. 331 A. Met betrekking tot de reserveering op de begrooting 1932 heeft de Raad ons gevolgd toen bleek, dat bij doorvoering de belasting alsnog had moeten worden verhoogd. Aangezien zich thans weer dezelfde omstandigheid voordeed, zijn wij niet afgeweken van het bij genoemde begrooting uiteindelijk ingenomen standpunt. Hoofdstuk II. Volgnr. 336. In zake de vermindering der presentiegelden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1932 | | pagina 64