BIJLAGE I
RAPPORT van de Raadscommissie tot het
ontwerpen eener verordening regelende de
pensionneering van wethouders.
AAN DEN RAAD DER
GEMEENTE BREDA.
In Uwe vergadering van 31 Maart j.l. werd op voor
stel van het College van Burgemeester en Wethouders
ingesteld een raadscommissie van 5 leden tot het ontwerpen
eener verordening regelende de pensionneering van wethou
ders ter vervanging van de bestaande verordening, die op
eenige punten aanvulling of wijziging behoefde.
In deze Commissie werden benoemd:
tot lid en voorzitter: W. L. A. van de Ven;
tot leden: P, Haaiman, A. M a b e 1 i s, Mr. J. P 1 e ij t e
en een nader aan te wijzen lid der R.K. Raadsfractie, welke
plaats door J. J. A. Houben werd ingenomen. Aan de
Commissie werd als secretaris toegevoegd Mr. Ph. van
W o e n s e 1.
De Commissie heeft gemeend haar onderzoek niet te moe
ten beperken tot de bemerkingen door Gedeputeerde Staten
terzake van de bestaande verordening gemaakt, doch heeft
in de haar verstrekte opdracht aanleiding gevonden om het
geheel van regelen te bezien, waarnaar haars inziens een
goede wethouderspensionneering dient te worden gebouwd.
Uiteraard heeft haar bij haar onderzoek de bestaande rege
ling als leidraad gediend, terwijl herhaald mondeling over
leg, gepleegd met vertegenwoordigers van de raadscommis
sies met gelijke doelstelling uit de gemeenten Eindhoven,
's-Hertogenbosch en Tilburg, het inzicht der Commissie heeft
verruimd en op enkele punten tot aanwijsbaar resultaat heeft
gevoerd.
Alvorens tot een bespreking van de ontworpen regeling
