XXXV Een der leden is voor handhaving van den bestaanden kindertoeslag. Andere leden merken op, dat de autonomie ten volle bewaard is, hetgeen uitsluitend is te danken aan het goede financieele beheer. Wenschelijk wordt geacht de loonen van het personeel in overeenstemming te brengen met den tegenwoordigen tijd, daar deze loonen zijn vastgesteld in 1920, toen de waarde van den gulden minder was dan nu. Gevraagd wordt, waarom de ongeschoolde arbeiders in gemeentedienst hooger worden betaald dan in de vrije bedrijven. Een der leden is het niet eens met de gemaakte opmerking over de loonkwestie, daar verlaging van loonen van gemeen- tepersoneel verlaging van loonen in het particulier bedrijf beteekent. Andere leden merken op, dat zij het betreuren, dat de personeele belasting verhoogd moet' worden, dit vooral in verband met de tappers, café- en restaurantshouders. Zij vin den het voor deze bedrijven een verschrikkelijke belasting, daar het geen personeele, maar een bedrijfsbelasting is. Eenige leden vinden het van belang, vooral voor de ambte naren zelf, maar ook voor de Gemeente, dat Burgemeester en Wethouders onder oogen zien, dat bij afvloeiing van per soneel door pensionneering, b.v. geen andere aan te stellen uit oogpunt van besparing. Verscheidene leden spreken den wensch uit, dat een com missie worde ingesteld met de taak na te gaan of reorgani satie en eventueele centralisatie van bedrijven en diensten mogelijk is, terwijl andere leden vragen wat Burgemeester en Wethouders denken van de instelling van een bezuinigings commissie, niettegenstaande erkend wordt, dat Burgemeester en Wethouders op loffelijke wijze reeds in de richting van bezuiniging gewerkt hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 35