ARBEIDSBEMIDDELING. LVI persoon vereenigd, maar de twee diensten zijn afzonderlijk blijven bestaan. In de situatie zooals die nu is, kan dan ook geen aanleiding worden gevonden tot stichting van een z.g. „Maatschappelijk Hulpbetoon" over te gaan. Aanvang uitkeering armlastigen. Het vindt geen steun in de Armenwet armlastigen, ook al wonen zij eerst kort in Breda, van ondersteuning uit te sluiten. Aan gezinnen, die eerst korten tijd in Breda woonachtig zijn, wordt bij gebleken noodzakelijkheid slechts in beschei den mate steun in natura verstrekt. Opneming en onderstand wordt zoo lang mogelijk uitgesteld. Overigens wordt ieder geval afzonderlijk beoordeeld. Armenraad. Verbetering van het kantoor voor den Armenraad is in onderzoek. Pogingen tewerkstelling Bredasche werkloozen bij de Bredasche werkgevers. Pogingen als hier bedoeld worden uiteraard door den be trokken dienst aangewend. Ook door ons College is dat wel geschied. De vraagstellers doelen waarschijnlijk op het wenschelijke, dat zooveel mogelijk Bredasche werklieden in deze gemeente werk zullen vinden, in plaats van arbeiders uit andere ge meenten. Erkennende de wenschelijkheid daarvan, ook om financieele redenen, dient er toch op gewezen, dat niet meer dan die wenschelijkheid tegenover de werkgevers kan wor den betoogd. Meenen deze om andere redenen niet aan den wensch tegemoet te kunnen komen, dan is verdere activiteit vrijwel uitgesloten.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1933 | | pagina 56