BIJLAGE I. HOOFDSTUK VIII par. 7. HOOFDSTUK VIII par. 15. X De hoogere raming der uitgaven voor onderhoud van straten, markten, bruggen en havens vindt o.m. verklaring in de omstandigheid, dat voor 1935 in tegenstelling met 1934 in de raming is opgenomen een bedrag wegens aan deel in de algemeene kosten, terwijl bovendien ter zake van het onderhoud van bruggen voor het noodzakelijk vernieuwen van boven- en onderdekken ƒ4.000.meer geraamd is dan voor 1934. (zie verder begrooting onderhoudswerken). De hoogere raming der ontvangsten tot een bedrag van ruim 49.000.— is in hoofdzaak ontstaan door een hoogere raming der navolgende posten 44. rechten gemeente-reiniging 8.000. 50. verhaal pensioensbijdragen 2.000. 51m. terugboeking algemeene kosten 39 000.-— totaal 49.000.— Opgemerkt wordt, dat de terugboeking algemeene kosten een denkbeeldige bate is, aangezien dit bedrag eveneens is opgenomen onder de uitgaven (verdeeld over verschillende posten) Tevens moge nog de aandacht worden gevestigd op den belangrijken teruggang der uitgaven voor den reinigings dienst. Hoewel de schoolgelden (volgnr. 88) ƒ5.000.lager moesten worden geraamd, geeft het nadeelig saldo toch geen belangrijke stijging te zien, aangezien eenerzijds de van bui tengemeenten te ontvangen uitkeeringen (volgnrs. 89 en 90) 1000.hooger, en anderzijds de aan buitengemeenten en schoolbesturen uit te keeren vergoedingen (volgnrs. 589, 592 en 594) rond ƒ3000.lager konden worden geraamd. De daling van het nadeelig slot met rond 12.000.is hoofdzakelijk het gevolg van een ongeveer gelijke daling der

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 10