BIJLAGE II. XXI gemeester en Wethouders den rentelast zoo laag mogelijk houden. Hij wijst echter op verschillende werken, die niet te lang moeten worden uitgesteld op gevaar van schade aan de gemeentebelangen. Gedacht wordt hierbij aan de brug over de Mark in het verlengde van den Boeimeersingel. Wordt hier wel de vereischte voortvarendheid betracht ter ontsluiting van den Boeimeerpolder en ter voorkoming van steeds grooteren trek naar Ginneken, speciaal voor den nieuwbouw. Meerdere leden stemmen hiermede in. Eenige leden vragen, of Burgemeester en Wethouders kunnen mededeelen, in welk stadium de onderhandelingen met het departement van defensie inzake den parallelweg van de Ginnekenstraat verkeeren en welke ontwerpen van werkverruiming c.q. werkverschaffing Burgemeester en Wet houders in de naaste toekomst aan den Raad kunnen voor dragen en hoever de voorbereiding dezer ontwerpen gevor derd is. Zij vragen, of er reeds pogingen zijn aangewend en zoo ja, met welk resultaat, tot het verkrijgen van gelden uit het Werkfonds 1934. Door verschillende leden wordt de aandacht gevestigd op den spoorwegovergang naar het Belcrumkwartier. Bedoeld wordt z.g. tunnelbouw. Het betreft hier n.l., naast de hoogst nuttige en noodige werken, uitnemende objecten voor werkverruiming. Een ander lid dringt aan op meerdere tewerkstelling van jeugdige werkloozen. Naar aanleiding hiervan vragen meerdere leden, in welk opzicht van Burgemeester en Wethouders te verwachten zijn bijzondere maatregelen ten behoeve van jeugdige werk loozen, waarbij gedacht wordt aan opleiding of voortgezet onderwijs aan een gemeentelijken cursus aan de ambachts school. Zij wenschen, daar de Regeering ook hierin voorgaat, dat meerdere samenwerking van de verschillende instanties wordt betracht ten aanzien van deze jeugdige werkloozen, n.l. ontspanning en ontwikkeling, zooals dit in verschillende andere gemeenten gebeurt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1935 | | pagina 21