BIJLAGE II.
XLIII
meen bekend wordt onder de ingezetenen, zoodat ook anderen
dan eenige bevoorrechten daarvan gebruik kunnen maken,
c.q. dat daarin gevonden kan worden een middel om de
dreigende ondervoeding van een gedeelte van de bevolking
van Breda te keeren, althans tot een klein percentage te
beperken en zien Burgemeester en Wethouders niet in, dat
zulks nog meer mogelijkheden opent ten gunste der volks
voeding, cursussen voor huisvrouwen etc.
Wat is de figuur dezer school, d.w.z. is zij een stichting
van een gemeenschap, een vereeniging Hoe is het bestuur
ingericht Hebben Burgemeester en Wethouders geen enkele
andere verbinding met deze school dan dat de gemeente
een subsidie kan verstrekken op grond van de wet en wordt
van gemeentewege geen toezicht op de gestie dezer school
uitgeoefend
Volgnr. 683.
Een der leden merkt op, dat onder b. een bedrag van
1833.78 staat, evenzoo in de memorie van toelichting op
bldz. 123. Echter de begrooting voor de gemeente-avond
school voor ambachtslieden vermeldt onder hoofdstuk V
.bijzondere uitgaven" 1855.welk bedrag moet worden
aangehouden.
Paragraaf 16.
Volgnr. 694.
Gevraagd wordt te willen mededeelen, welke voorwaarden
door het college van Burgemeester en Wethouders zijn
gesteld aan de arbeidersmuziekvereenigingen voor het geven
van muziekuitvoeringen in de kiosk op de Groote Markt.
Volgnr. 705.
In alle afdeelingen maken eenige leden bezwaar tegen
dezen post voorgesteld wordt dezen af te voeren. Andere
leden zijn hiertegen.