m
VIII BIJLAGE I.
afschrijving der inrichtingskosten van de zweminrichting
„Het Ei".
HOOFDSTUK V.
De uitgaven stegen met rond 10.000.en de ontvangsten
met rond 7000.waardoor het nadeelig saldo rond 3000.-
hooger is dan voor 1934.
Deze stijging is in grove trekken te verklaren als volgt
hoogere raming uitgaven
445. bijdrage kapitaaldienst 1.000.
449. onderhoud woningen 8.000.
453. bijdragen aan woningbouwvereenigingen 5.000.-
14.000.—
lagere raming uitgaven
434. rente geldleeningen 3.000.
450. onderhoudsoverschot 1.000.
4.000.—
Saldo ÏÖÖOO—
hoogere raming ontvangsten
37. c. en e. huren 2.000.
37. d. rijksbijdrage woning
bouwvereenigingen 5.000.
7.000.—
Nadeelig verschil 3.000.
Bovenstaande hoogere ramingen werden veroorzaakt door
de volgende omstandigheden
445. is het gevolg van het opnemen van een bedrag voor
het niet door geldleening gedekte deel der kosten van
arbeiderswoningbouw (Westeinde).