No. 80
No. 80.
BIJLAGEN 1936.
VOORSTEL tot wijziging van het aan
Gedeputeerde Staten van Noord-
brabant ter goedkeuring ingezonden
reglement voor de Stichting „Oude
Mannenhuis".
9 April 1936.
No. 1/1097.
Aan den Gemeenteraad.
De Gedeputeerde Staten van Noordbrabant zonden ons hun
bemerkingen op het ter goedkeuring ingezonden Reglement
voor het Oude Mannenhuis. Naar aanleiding daarvan bieden
wij U hierbij aan een besluit tot wijziging van dit op 30
October 1935 vastgestelde Reglement.
Als toelichting diene:
Artikel 8, derde lid, is geschrapt; Gedeputeerde Staten blij
ven van meening, dat een bevoegdheid als in dat lid aan Uw
Raad wordt toegekend, zich niet verdraagt met de Armenwet.
Om de goedkeuring van het reglement te bevorderen, geven
wij U in overweging, het derde lid van artikel 8 te schrappen.
Artikel 14, derde lid, is geschrapt; overeenkomstig den
wensch van de Gedeputeerde Staten zal bij een eventueele
wijziging van het Ambtenarenreglement, de rechtspositie van
hen, die op arbeidscontract bij het Oude Mannenhuis werk
zaam zijn, in genoemd reglement worden geregeld.
Artikel 22 is gewijzigd in dien zin, dat de aanneming van
broeders geschiedt door het College van Regenten van het
Oude Mannenhuis. Hiertegen is geen bezwaar, terwijl aan
een ter zake geuiten wensch van de Gedeputeerde Staten
wordt tegemoet gekomen.
Wij hebben de eer U in overweging te geven het hierbij
behoorende ontwerp-besluit vast te stellen.
Burgemeester en Wethouders van Breda
VAN SONSBEECK, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.