No. 92
No. 92.
BIJLAGEN 1936.
VOORSTEL tot verhuring van per-
ceelen weiland, gelegen aan den
Crogtdijk en in den Boeimeerpolder,
aan L. A. J. van de Corput.
16 April 1936,
No. V/1004.
Aan den Gemeenteraad.
Bij Uw besluit van 30 Augustus 1934, goedgekeurd bij be
sluit van de Gedeputeerde Staten dd. 26 September 1934,
G. no. 18, werd o.m. aan L. A. van de Corput Middel
laan 109 alhier verhuurd een perceeltje weiland, kadastraal
bekend Sectie C. no. 60, groot 70 A., gelegen aan den Crogt
dijk, voor 52.per jaar. Na afloop dier huur op 11 No
vember 1935 werd bedoeld weiland door Van de Corput in
gebruik gehouden, terwijl hij thans verzoekt dit perceeltje nog
voor drie jaren te mogen huren. Hij is bereid dezelfde huur
52,per jaar te betalen.
Waar de Gemeente het weiland niet van noode heeft en
het, in verband met de te stellen voorwaarde, dat de Ge
meente zich het recht voorbehoudt tot tusschentijdsche uit de
huurneming zonder schadevergoeding, altijd uit de huur kan
worden genomen, bestaat tegen deze wederverhuring voor 3
jaar geen bezwaar.
Tevens heeft Van de Corput bij mondelinge overeenkomst
nog in huur het perceel Sectie E. no. 168 in den Boeimeer
polder, op bijgaande situatie in rood aangegeven, hetwelk bij
hem reeds in huur was bij aankoop door de Gemeente van
dezen grond van C. Oomen op 24 April 1934.
Ten einde een overzichtelijker verhuring te verkrijgen en
de voorwaarden gelijkluidend te kunnen maken aan die voor
de overige verhuurde perceeltjes bouw- en weiland, zijn wij
net Van de Corput overeengekomen, de mondelinge huur om
te zetten in een schriftelijke, eveneens voor den tijd van drie
jaar, ingaande 11 November 1935 en tegen eenzelfden huur
prijs als tot heden betaald, zijnde 50.— per jaar.
Naar aanleiding van het vorenstaande hebben wij de eei
U voor te stellen te besluiten, aan L. A. van de Corput
Middellaan 109 alhier voor den tijd van drie jaren, inge
gaan 11 November 1935, te verhuren: