No. 103. VOORSTEL tot ruiling van eigen- 18 April 1936, dommen met den Staat der Neder- BIJLAGEN 1936. No. ,03 t landen, in verband met verleqqinq No. I 1202. nu a van de Zaanmark. Aan den Gemeenteraad. Hierbij hebben wij de eer Uw aandacht te vragen voor het navolgende. In verband met den voorgenomen bouw van de kantoren van de Kamer van Koophandel en Fabrieken voor Westelijk Noordbrabant is het noodig, dat deze gemeente van den Staat in eigendom verkrijgt den ondergrond van een gedeelte der Zaanmark (gedeelte van sectie E. nr. 1933) ter lengte van p.l.m. 90 M. en ter breedte van pl.m. 2.20 M., zooals met roode kleur op bijgaande teekening nr. 113-78 is aange geven. De Zaanmark is in overleg met den Provincialen Waterstaat over het bovengenoemde gedeelte in zuidelijke richting verlegd, zooals op de teekening in blauwe kleur is aangegeven. De verlegging heeft plaats gehad over een aan deze gemeente toebehoorend perceel, sectie E. nr. 1410. Betreffende vorenbedoelde grondoverdracht hebben wij ons gewend tot den Houtvester in de Houtvesterij Breda"; deze is door den Minister van Landbouw en Visscherij gemachtigd tot het sluiten van een overeenkomst met deze gemeente, de welke in concept hierbij is gevoegd. Ingevolge deze overeenkomst wordt het op de kaart in roode kleur aangegeven terrein door den Staat aan de Ge meente, en het in blauwe kleur aangegeven deel van de Zaanmark door de Gemeente aan den Staat overgedragen. De waarde van hetgeen wederzijds is afgestaan is geschat op tien gulden 10.zoodat geen toegift plaats heeft. Een en ander komt dus neer op ruiling; de Staat wordt erkend als eigenaar van den ondergrond van het nieuwe gedeelte van Ligt ter visie in de Leeskamer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 337