110 - 16 - Artikel 35. 1. Van de voorwaarden, waaronder de vergunning verleend wordt, moet een door het Bouw- en Woningtoezicht ge waarmerkt afschrift in de er bij betrokken garage zijn opgehangen op een daartoe door dien dienst aan te wijzen plaats. 2. Naast de in lid 1 genoemde kaart moet een tweede kaart zijn opgehangen, op welke op een schaal van ten minste 1 100 is aangegeven een plattegrond, bevattende de in deeling der plaatsing van de motorrijtuigen alsmede de plaats en den aard der brandblusch- en brandmeldings middelen en -inrichtingen. Artikel 36. 1. Ten aanzien van garages, bestemd tot stalling van motor rijtuigen, uitsluitend gedreven door electromotoren, welke den electrischen stroom ontleenen aan een accumulatoren batterij, zijn niet van toepassing de artt. 11, lid 2, 14, 15, 17, 19, 20, 21, 22, 23, 28, 29, 30, 31, 32 en 33 (en ten aanzien van de in art. 1 sub a. bedoelde niet-openbare terreinen de artt. 10, 16, 30, 31, 32 en 33) en kan voorts door Burgemeester en Wethouders vrijstelling worden verleend van het bepaalde in de artt. 9, 12, 13, 16 en 18 (en ten aanzien van bedoelde niet-openbare terreinen van het bepaalde in art. 9). 2. Ten aanzien van garages, waar zich uitsluitend buiten ge bruik zijnde motorrijtuigen bevinden, kunnen Burgemees ter en Wethouders vrijstelling verleenen van het bepaalde in de artt. 9 t/m 35 (en van de in lid 1 bedoelde niet- openbare terreinen, van het bepaalde in de artt. 9, 27, 30, 31, 32, 33, 34 en 35). Artikel 37. Overtreding van eenige bepaling dezer verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste zes dagen of geld boete van ten hoogste vijf en twintig gulden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 376