I - 23 isten gaat F ter hand of na den achtgeld is I, vermeer bezoldiging dier over- >r de toe- ■ld in het id of eenig mededee- ij doet hij, die hij uit ter wij] hij tijdelijk of >r het ver- ijn nadere an doet hij geldtermijn and nemen gave heeft ïeden naar ede, dat de eden bere- ig en wordt voor een l van ver ermijn. rmindering >ende rede- loren gaan, blijft niettemin de vermindering tot het laatstelijk bepaalde bedrag toegepast. 7. Indien de op wachtgeld gestelde de in dit artikel bedoelde opgaven nalaat of onjuist of onvolledig doet, kan het wachtgeld geheel of ten deele voor bepaalden of onbe- paalden tijd worden vervallen verklaard. 8. De op wachtgeld gestelde wordt geacht door het aanvaarden van het wachtgeld te bewilligen, dat allen, die daarvoor naar het oordeel van Burgemeester en Wethou ders in aanmerking komen, omtrent zijn omstandigheden alle inlichtingen geven, die Burgemeester en Wethouders voor de toepassing van deze bepalingen zullen dienstig oordeelen. Artikel 47. 1. Indien de op wachtgeld gestelde een hem aangeboden ambt of betrekking, die hem naar het oordeel van Burge meester en Wethouders in verband met zijn persoonlijkheid en omstandigheden redelijkerwijs kan worden opgedragen, weigert te aanvaarden of ook anderszins, indien hij in de gelegenheid komt om op een wijze, die in verband met zijn persoonlijkheid en zijn omstandigheden naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders voor hem passend wordt geacht, inkomsten te verkrijgen, daarvan geen gebruik maakt, wordt het wachtgeld verminderd overeenkomstig artikel 46, lid. 1. 2. De op wachtgeld gestelde is voorts verplicht zich te gedragen naar de voorschriften, die hem door Burgemeester en Wethouders, hetzij in het algemeen, hetzij voor eenig bijzonder geval worden gegeven, strekkende om tot het verkrijgen van een ambt of betrekking of een andere bron van inkomsten te geraken. Bij niet-nakoming van die voor schriften kan het wachtgeld geheel of ten deele worden vervallen verk'aard. 3. De bepalingen van dit artikel vinden overeenkomstige toepassing voor den ambtenaar, wien het voornemen is medegedeeld om zijn betrekking op te heffen of de inrichting

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 457