No. 137. - 2 - Openbaar Slachthuis: Directeur Hulpkeurmeester Machinist. G. G. en G. D.; Concierge. Het College van Burgemeester en Wethouders heeft zich over een en ander beraden, waarna het tot de conclusie is gekomen, dat aan den ten departemente geuiten wensch kan en moet worden voldaan, behalve ten aanzien van den direc teur van de Reiniging en de hulpkeurmeesters bij het Open baar Slachthuis. Het College van Burgemeester en Wethouders kan geen aanleiding vinden om den directeur van de Reiniging, gezien den omvang van zijn dienst en zijn verantwoordelijkheid, lager te salarieeren dan den directeur van de Beplantingen, tegen wiens salaris men geen bedenkingen had. Eveneens heeft het College van Burgemeester en Wethou ders bezwaar tegen een lagere belooning van de hulpkeur meesters. daar de door deze ambtenaren verrichte werkzaam heden gelijk staan met de werkzaamheden, welke elders wor den verricht door de keurmeesters, wier salaris eerder hooger dan lager is in vergelijking met hetgeen in Breda betaald wordt. Wij meenen dan ook de functie hulpkeurmeester te moeten vervangen door die van keurmeester. De functie van hoofdklerk kan vervallen, daar degene, die deze functie vervulde, met 1 Mei is gepensionneerd en voors hands aan vervulling dezer betrekking geen behoefte bestaat. Aan het sub 2e vermelde kan zonder noemenswaardig bezwaar gevolg worden gegeven. Dit laatste had tot gevolg dat, ten einde tot behoorlijk af geronde cijfers te komen, de minima van enkele functies iets moesten worden verlaagd, van andere iets moesten worden verhoogd. Voorts zij nog medegedeeld, dat nog eenige verlaging ge boden was ten aanzien van eenige in par. 13 van bijgaande

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 468