No. 224.
224
BIJLAGEN 1936.
26 September 1936
No. 1/2758.
NADER SCHRIJVEN, betreffende
onttrekking van een gedeelte van
het Dijkje aan het openbaar
verkeer.
Aan den Gemeenteraad.
In Uw vergadering van 26 Augustus j.l. werd zulks
in verband met door Uw lid, den heer Elich, gedane
opmerkingen aangehouden ons voorstel om een beginsel
besluit te nemen inzake het onttrekken van een gedeelte
van het Dijkje (gedeelte v. d. Slingerweg) aan het openbaar
verkeer.
Naar aanleiding van de toen gemaakte opmerkingen,
hebben wij deze zaak opnieuw onderzocht en doen nagaan,
of schending van rechten van particulieren het gevolg zou
zijn van het aannemen van dit besluit.
Gebleken is, dat, ingevolge art. 11 der Bouwverordening,
aan het Dijkje, loopende over de onderhavige terreinen,
niet mag worden gebouwd.
Ingevolge art. 26, 3 sub j. en k. dier verordening, is
o.a. vrijstelling mogelijk voor fabrieksgebouwen en daarmede
gelijk te stellen gebouwen. Hieruit blijkt dus, dat schending
van rechten van particulieren niet behoeft te worden
geducht, omdat ook in den huidigen toestand het bouwen
ter plaatse verboden is.
Wij hebben de eer U daarom in overweging te geven,
te besluiten overeenkomstig ons voorstel van 19 Augustus
1936, No. 1/2380 (gedrukte bijlagen 1936, Nr. 192).
Burgemeester en Wethouders van Breda
VAN SLOBBE, burgemeester.
VAN WOENSEL, secretaris.