282 No. 282. MEMORIE VAN ANTWOORD VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS op het CENTRAAL RAPPORT van het Afdeelingsonderzoek der bijbegroo- tingen en der gemeente-begrooting voor 1937. Algemeene Beschouwingen. BIJLAGEN 1936. Voor de woorden van waardeering ter zake van het ge voerde beleid zijn wij erkentelijk. Aan de leden die ontkennen, dat niet mede door bezuini ging de begrooting is sluitend gemaakt, zij opgemerkt, dat dit zeer zeker wel het geval is. Men vergelijke dan de be- grootingsposten over eenige jaren. Wanneer in den loop van het dienstjaar, door bezuiniging bij het beheer, de begroo- tingspost niet geheel wordt verbruikt, mag men o.i. niet zeg gen, dat de ramingen te hoog zijn geweest en dan conclu- deeren, wanneer de nieuwe raming lager is, dat niet wordt bezuinigd, maar alleen te hooge posten lager zijn geraamd. Dat tot sluitend maken van de begrooting thans ook de belastingramingen worden verhoogd, komt niet omdat wij dat thans niet meer bezwaarlijk vinden, maar omdat het niet anders kan. Naar aanleiding van de vraag, wat het gemeentebestuur doet voor de vestiging van nieuwe industrieën, kan worden medegedeeld, dat ons college zich verschillende malen, zij het zonder succes, heeft ingelaten met het vestigen van nieuwe fabrieken alhier. Contact zal worden gezocht met het economisch-technologisch instituut te Tilburg. Meermalen is met werkgevers onderhandeld over het te werk stellen van ingezetenen dezer gemeente. Deze bleken dan wel tot medewerking bereid te zijn, doch verklaarden daarbij, de personen, die zij vast of los-vast reeds jaren in dienst hebben en die afkomstig zijn uit gemeenten, welke veelal economisch één geheel vormen met deze gemeente, niet te kunnen ontslaan of voor herplaatsing af te wijzen. 15 December 1936, No. V/3407.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 899