3 No. 282. direct na het gereed komen van het werk. Deze omstandig heden gaven ons geen aanleiding tot verdere onderhande lingen. Mocht evenwel besloten worden tot het hiervoor aange duide kostbare plan, dan zullen wij ons terzake wederom tot het werkfonds wenden, teneinde de geringe voordeelen van de eerste jaren althans te bereiken. Ook wij zijn van meening, dat gestreefd moet worden naar een samenvoeging van de randgemeenten met Breda. Zoodra de gelegenheid gunstig is zullen de daarvoor noodige stappen worden gedaan. Het lid dat meent, dat andere maatregelen zullen moeten worden genomen wil men de .autonomie der gemeente" handhaven, geeft daartoe o.a. aan de mogelijkheid van con versie van leeningsschuld, tegen een lager rente-type. Wij zijn in dit opzicht diligent, zooals in de laatste jaren kan zijn gebleken. Wij wijzen er op, dat hierbij niet alleen het rente-type van belang is, maar vooral de credietprijs voor de gemeente. Zoodra wij meenen, dat conversie met het grootst mogelijke voordeel kan plaats vinden, zullen daartoe strekkende voorstellen Uwen Raad onmiddellijk bereiken. Met „andere leden" zijn wij van oordeel, dat thans salaris verlaging niet ter sprake kan komen na de op 1 Juli inge voerde salarisherziening. Waar eenige leden zich afvroegen, of het ontgaan der Rijkscontrole niet te duur wordt gekocht door het verzwaren der belastingen, zijn wij het eens met het eene lid, dat, ver wijzende naar onze mededeeling terzake, het beter acht die controle pas te aanvaarden als daarbij de noodige financieelc hulp is te verwachten. Ten bate van het vreemdelingenverkeer zou „Breda Voor uit" meer kunnen doen, indien van de omliggende gemeenten meer medewerking werd ontvangen. Met de heffing van rechten voor het gebruik van open baren gemeentegrond gaan onze voorstellen terzake minder ver dan de overeenkomstige heffingen in andere gemeenten. De in functie zijnde bezuinigingsinspecteur heeft ons voor-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 901