3 - No. 28. nomen. Het zal de hiervóór beantwoorde leden met ons een voldoening zijn, dat tot voorstellen dienaangaande nog niet behoeft te worden overgegaan. Afgezien van de vraag, of gezinstarieven voor gas, water en electriciteit in principe verdedigbaar zijn, zullen de voor- deelen voor de gezinnen niet opwegen tegen de lasten, die tengevolge van den administratieven omslag op de gemeen schap komen te drukken. De beperking van aanbestedingen en leveranties tot ge organiseerde patroons en aannemers sluit het houden van door de Gemeentewet geëischte publieke aanbestedingen uit. Voor zoover bedoeld wordt aandrang uit te oefenen, de te werkstelling van Bredasche arbeiders te bevorderen, kan worden medegedeeld, dat steeds de tewerkstelling van Bre dasche arbeiders als voorwaarde wordt gesteld. Een nieuw reglement van orde voor den Raad zal dit jaar aan de orde worden gesteld. Het opnieuw verrichten van graafwerk bij de aansluiting van nieuwe huizen aan de gas-, water- en electriciteitsleiding kan niet altijd worden voorkomen. De gas- en waterleiding buizen liggen veelal op een andere plaats dan de electriciteits- kabels. Het gat, waarin de dienstleiding moet worden afge takt van de hoofdleiding, is dikwijls op een andere plaats ge legen, dan het gat, dat voor de aansluiting aan gas- en water leiding diende. De hinder bij de radio-ontvangst door storende apparaten is zeer gering. In enkele voorkomende gevallen werd be middelend opgetreden. Overigens zijn bij onwil maatregelen te treffen. Een regeling daarvoor is neergelegd in lid 3 van artikel 28 der verordening regelende de voorwaarden voor de levering van electriciteit (Gemeenteblad No. 297). ELECTRICITEITSBEDRIJF. Algemeen. Met „een ander lid" hebben wij bezwaar tegen verlaging van de genoemde tarieven, aangezien dit noodzakelijkerwijs belastingverhooging tot gevolg zal hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1936 | | pagina 99