32 No. 32. BIJLAGEN 1937. MEDEDEELINGEN omtrent het instellen van een Verkeerscom- missie. 25 Februari 1937, No. 1/633. Aan den Gemeenteraad. In de Memorie van Antwoord (Bijlagen 1936, No. 282) werd op een desbetreffende vraag, gesteld in het Centraal Rapport van het Afdeelingsonderzoek der gemeente-begroo ting voor 1937 (Bijlagen 1936, No. 281), door ons de toe zegging gedaan, dat het instellen van een Verkeerscommissie zou worden overwogen. Deze overweging heeft er toe geleid, dat bij ons besluit van 5 Februari 1937 is ingesteld een Verkeerscommissie, tot lid waarvan zijn benoemd le. de heer Mr. F. Smits, vertegenwoordiger van de K.N.A.C. alhier; 2e. de heer Jos. Meeüs, consul van den A.N.W.B. alhier 3e. de heer Ir. A. L. J. M. Fick, bestuurslid der Vereeniging „Veilig Verkeer", alhier. Voorts werden de Commissaris van Politie en de Directeur van Openbare Werken door ons aangewezen om ambtshalve zitting in die Commissie te nemen eerstgenoemde als voorzitter terwijl door den Burgemeester de inspecteur van politie-afdeelingschef P. G. J. van Mulbregt als secretaris aan de commissie werd toegevoegd. Op 13 Februari j.l. werd de aldus samengestelde commissie door den Burgemeester ten stadhuize geïnstalleerd, waarna zij terstond met haar werkzaamheden een aanvang maakte. De Verkeerscommissie heeft een adviseerend karakter in handen van haar voorzitter zullen door ons College alle stukken worden gesteld, waarover wij het advies der Com missie wenschen in te winnen, waaronder eventueel ook kermis- en marktaangelegenheden kunnen vallen, terwijl ook

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1937 | | pagina 111