No. 43.
43
BIJLAGEN 1937.
VOORSTEL tot aanvulling van art. 7
van het Werkliedenreglement.
3 Maart 1937,
No. V/938.
Aan den Gemeenteraad.
Volgens de bepalingen van het Capitulantenreglement
1935 moet een capitulant steeds in een pensioengerechtigde
betrekking worden benoemd. Aanstelling in lossen of tijde-
lijken dienst is dus uitgesloten.
In verband met het vorenstaande is het noodzakelijk, dat
het Werkliedenreglement overeenkomstig wordt gewijzigd en
wel door toevoeging van een derde lid aan artikel 7, luidende
als volgt:
,,3. De werkman, bestemd om in een betrekking te wor
gden benoemd, welke ingevolge de Capitulantenverordening
,,is aangewezen om door een capitulant te worden vervuld,
„wordt steeds in vasten dienst aangesteld, met een proeftijd
„van één jaar, welke proeftijd, in uitzonderingsgevallen, met
„ten hoogste één jaar kan worden verlengd, waarna, indien
„de aanstelling niet wordt gehandhaafd, de dienst moet wor-
„den beëindigd."
Het georganiseerd overleg kan zich met deze wijziging ver
eenigen, zoodat wij U verzoeken, dienovereenkomstig te be
sluiten.
Burgemeester en Wethouders van Breda:
VAN SLOBBE, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.