No. 59.
2
dient iedereen in de schoolgeldheffing te betrekken, b.v. door
de ouders der leerlingen, die geen gemeentefondsbelasting be
talen, toch een klein schoolgeld (b.v. 3.per jaar) te laten
bijdragen, tenzij deze ouders als onvermogend moeten worden
aangemerkt. Als onvermogend kan worden beschouwd hij,
die ook niet in de personeele belasting is aangeslagen of
daarvan vrijstelling heeft bekomen. Hiertegen kan, aangezien
het hier geen verplicht onderwijs betreft en het bovendien
opleidt tot vakbekwaamheid, geen overwegend bezwaar be
staan. Een bedrag van 3.per jaar voor dergelijk onder
wijs kan ook voor de minder gegoeden niet overdreven wor
den genoemd.
Bij een opgemaakt overzicht is gebleken, dat over het
loopend dienstjaar 1936/37 voor 130 leerlingen geen school
geld wordt betaald.
Bij het in bijgaande heffingsverordening ontworpen tarief
is reeds van de gedachte uitgegaan, dat voor iederen leerling
schoolgeld wordt betaald, tenzij mag worden aangenomen,
dat de schoolgeldplichtige onvermogend is.
Bij de bestaande verordening werd het hoogste schoolgeld
geheven bij inkomens van 15.000.en hooger. Het komt
ons echter gewenscht voor, in de nieuwe niet zoo ver
te gaan, omdat dergelijke hooge inkomens bij ouders, wier
kinderen de Ambachtsschool bezoeken, in de practijk niet
voorkomen en het allergrootste deel van deze ouders zijn
inkomen als arbeider-loontrekker geniet.
Een gemengde hoofdsom van 176.—, neerkomende op
een inkomen van rond 6000.komt ons voldoende voor,
terwijl alsdan het maximum-schoolgeld ad 125.voor der
gelijk onderwijs evenredig aan het inkomen kan worden
genoemd.
Op grond van het vorenstaande hebben wij de eer U voor
te stellen de hierbijgaande ontwerp-verordeningen tot heffing
en invordering van schoolgeld voor de Ambachtsschool dien
overeenkomstig vast te stellen.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
VAN SLOBBE, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.