No. 173.
2
,,de gemiddelde afstand van het vooruitspringen-
,,de gedeelte van balkons, erkers en dergelijke
,,bouwdeelen tot de erfscheiding niet minder dan
„eenmaal den voorsprong mag bedragen, tenzij
„Burg. en Weth. in bijzondere gevallen van oor-
„deel zijn, dat met minder kan worden volstaan."
art. 28 Dit lid te lezen:
6e lid. De hoofdtoegangsdeur van een woning moet. be
houdens in het geval bedoeld in art. 35 lid 2 sub
a„ van den weg af zichtbaar en behoorlijk be
reikbaar zijn.
art. 29 Aan dit lid toe te voegen een nieuw punt:
3e lid. g. in andere bijzondere gevallen of in geval van
dringende noodzakelijkheid.
art. 30 De aanhef van dit lid te lezen:
3e lid. Balkons en door een deur toegankelijke platte
daken van aan- of uitbouwen, doorloopende enz.
art. 31. Aan dit artikel een nieuw lid toe te voegen:
3. Van het bepaalde in het eerste lid is mede
vrijstelling mogelijk in bijzondere gevallen of
in geval van dringende noodzakelijkheid.
art. 35 Dit lid na de woorden „per woning" te lezen:
7e lid. behalve de stookplaats dier verwarming, ten min
ste in één vertrek, buiten de keuken of bijkeuken
gelegen, één stookplaats aanwezig zij.
art. 38. Toe te voegen een nieuw lid:
4. Van het bepaalde in het eerste lid is vrijstel
ling mogelijk voor badkamers.
art. 38 De eerste zin van dit lid te lezen:
3e lid. 3. In afwijking van het bepaalde in het vorig lid
kan voor zoldervertrekken onder een schuin
dak eener bekapping of waarvan één der wan
den wordt gevormd door een topgevel, mits
deze zoldervertrekken niet vallen onder die,
genoemd in art. 35, lid 2 onder b. en c„ wor
den volstaan met een vrije hoogte van 2,15 M.