No. 203.
203
BIJLAGEN 1937.
13 September 1937,
No. V/2942.
VOORSTEL tot wijziging van de ver
ordening, regelende de pensionnee-
ring van de wethouders.
Aan den Gemeenteraad.
Bij schrijven van 20 Augustus 1937, G. nr. 383a, deelden
Gedeputeerde Staten ons mede, dat de verordening, rege
lende de pensionneering van de wethouders was goedge
keurd.
Ten aanzien van artikel 15 werd echter de opmerking
gemaakt, dat Gedeputeerde Staten van meening waren, dat
de laatste zinsnede van het tweede lid, luidende „hunne we
duwen en weezen kunnen aan deze verordening geen rechten
ontleenen", niet de juiste bedoeling weergeeft, omdat het
woord „deze" terugslaat op de eerder genoemde woorden
„een vroeger bestaande verordening", terwijl de bedoeling is,
dat de weduwen en weezen van reeds gepensionneerde wet
houders geen rechten kunnen ontleenen aan de laatst vast
gestelde verordening van 15 Juni 1937.
Bij bovengenoemd schrijven werd dan ook verzocht een
raadsbesluit ter goedkeuring in te zenden, waarbij aan boven
staande opmerking wordt tegemoet gekomen.
Zulks zou kunnen geschieden door wijziging van artikel
15 in dien zin, dat dit artikel eindigt na de eerste alinea,
terwijl de tweede alinea wordt vermeld onder een nieuw
artikel 16, waarna het woord „deze" in de laatste zinsnede
vervangen kan worden door het woord „eerstgenoemde een
en ander zooals in bijgaand exemplaar*) met rooden inkt
is aangegeven.
Wij hebben de eer U voor te stellen dienovereenkomstig
te besluiten.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
VAN SLOBBE, Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.
Ligt ter visie in de Leeskamer.
