No. 221. NADER SCHRIJVEN betreffende het
30 September 1937, verzoek van den gepensionneerden
No V/3126 hoofd-opzichter bij Openbare Wer
BIJLAGEN 1937. 221
ken L. Ansems om toekenning van
een aanvullingspensioen.
Aan den Gemeenteraad.
In verband met het gesprokene in de vergadering van Uw
College van 3 September j.l., met betrekking tot het verzoek
van den gepensionneerden hoofd-opzichter L. ANSEMS, om
in aanmerking te komen voor een aanvullingspensioen, heb
ben wij deze aangelegenheid nogmaals onder het oog gezien.
Uit een mededeeling van den heer Brantjes blijkt, dat het
belanghebbende reeds in 1917 bekend was, dat het tijdelijk
dienstjaar niet pensioengeldig was.
De gelegenheid tot inkoop werd nadien in 1922 en nog
maals in 1926 opengesteld, zoodat de heer Ansems ruim
schoots gelegenheid heeft gehad om aan zijn verplichting te
voldoen.
Op onbekendheid met de voorschriften of onvoldoende
voorlichting kan hij zich evenmin beroepen, omdat in 1922
aan alle ambtenaren en werklieden circulaires zijn verstrekt,
waarbij zij gewezen werden op enkele bepalingen van de
nieuwe Pensoenwet.
Uit het hierbijgaande model*) van deze circulaire zal U
blijken, dat het punt „inkoop van diensttijd" breedvoerig
werd besproken.
In verband met het vorenstaande zijn wij dan ook van
oordeel, dat er geen termen aanwezig zijn om verzoeker op
eenigerlei wijze tegemoet te komen, zoodat wij U nogmaals
adviseeren om het verzoek af te wijzen.
Burgemeester en Wethouders van Breda;
E. L. H. M. VAN MIERLO, loco-Burgemeester.
VAN WOENSEL, Secretaris.
Ligt ter visie in de Leeskamer.