- 5 - No. 226. Artikel 9. Iedere houder van een of meer honden, die aan de be lasting zijn onderworpen, is verplicht daarvan jaarlijks vóór 31 Januari ten kantore van den gemeente-ontvanger op de daarvoor vastgestelde dagen en uren aangifte te doen. De aangifte geschiedt door de inlevering van een door den belastingschuldige onderteekend formulier, vermeldende naam, voornamen en adres van den houder, aantal honden en verschuldigde belasting. Dit formulier is van 15 Decem ber van het voorafgaande jaar kosteloos ten kantore voor meld verkrijgbaar. Artikel 10. De aangifte voor honden, na 31 Januari verkregen, of waarvoor tengevolge van verwisseling in de gevallen bij artikel 7 dezer verordening genoemd een hoogere belasting verschuldigd is, geschiedt binnen acht dagen na het ver krijgen of na het tijdstip, waarop de belastingschuldigheid wegens de plaats gehad hebbende verwisseling ingetreden is. Voor honden, welke niet meer uitsluitend zullen worden gehouden voor één der in artikel 4, le lid onder a. t/m d. genoemde doeleinden en waarvoor dientengevolge een hoo gere belasting verschuldigd is, moet daarvan tevoren aan gifte geschieden. De aangifte wegens het houden van honden, in den loop van het kalenderjaar geboren, moet geschieden binnen 5 maanden na de geboorte. Artikel 11 Bij de betaling wordt door of namens den gemeente-ont vanger kosteloos voor eiken hond een metalen kenteeken uitgereikt, volgens een model door Burgemeester en Wet houders vast te stellen. In de gevallen bij artikel 7 dezer verordening omschreven wordt bij de betaling tevens het wegens een vroeger gedane aangifte afgegeven kenteeken verwisseld.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1937 | | pagina 615