300
No. 300.
BIJLAGEN 1937.
VOORSTEL tot wijziging der veror
dening op de heffing van rechten,
bedoeld in art. 21 der Besmettelijke
Ziektenwet, voor door of vanwege
den G.G. en G.D. verrichte diensten.
28 December 1937,
No. 1/3787.
Aan den Gemeenteraad.
Hiermede hebben wij de eer Uw aandacht te vragen voor
het volgende.
Artikel 7 der verordening op de heffing van rechten, be
doeld in artikel 21 der Besmettelijke Ziektenwet, Stbl. 1928,
no. 265, voor door of vanwege den Gem. Geneeskundigen
en Gezondheidsdienst te Breda verrichte diensten, opgeno
men in Gemeenteblad no. 686, bepaalt onder a. dat als
belanghebbende, bij vervoer, afzondering, onderzoek en ver
pleging van lijders aan besmettelijke ziekten, wordt be
schouwd het hoofd van het gezin, waartoe de lijder behoort,
of, wanneer hij niet tot een gezin behoort, hij zelf. Als ge
volg hiervan is het reeds enkele malen voorgekomen, dat,
indien het gezinshoofd niet verschuldigd is een vermengde
hoofdsom in de gemeentefondsbelasting en vermogensbelas
ting als genoemd in artikel 3 der verordening, geen rechten
kunnen worden geheven, terwijl tot het gezin een of meer
andere leden behooren, die daarentegen wèl een zoodanige
vermengde hoofdsom verschuldigd zijn, doch waarop, in ver
band met het bepaalde in artikel 7, de kosten niet kunnen
worden verhaald, zoodat het gezinsinkomen onbegrensd kan
zijn, mits het hoofd van het gezin de in artikel 3 bedoelde
hoofdsom niet verschuldigd is. Dit nu komt ons onbillijk
voor. Wij zouden daarom willen zien bepaald, dat, indien
voor de(n) in artikel 7 genoemde(n) belanghebbende(n)
niet een gemengde hoofdsom, als bedoeld in artikel 3, is vast
gesteld, een of meer der gezinsleden, die wèl in de gemeente
fondsbelasting en/of vermogensbelasting zijn aangeslagen, in
de plaats treedt/treden, zoodanig dat betaling door den een,
den ander bevrijdt. Voorts zouden wij de bijdrage in of de
vergoeding van de kosten willen zien berekend naar het ge-