No. 81. 2 heid van weg ten behoeve van een groot aantal aan de Baronielaan gelegen erven, wier eigenaren niet genegen ble ken van hun recht afstand te doen. Zeer zeker zal dan ook tot onteigening moeten worden overgegaan. Aangezien de gronden noodig zijn in verband met den aanleg van een grooten verkeersweg wil het voor komen, dat de procedure van artikel 72a der Onteigenings wet gevolgd moet worden. Met onteigening van het op voormelde teekening met groene arceering aangegeven perceelsgedeelte zal evenwel niet volstaan kunnen worden. Het is immers noodzakelijk de kosten van dezen wegaanleg zooveel mogelijk te drukken o.a. door de voordeelen, welke hij met zich brengt, aan de gemeente ten goede te doen komen. De waardevermeerdering van de rest van perceel sectie E. No. 363, welke het onmiddellijk gevolg is van den wegaan leg, dient ten bate van de gemeenschap te komen. Onteigening van het geheele perceel sectie E. No. 363 is dus zeer gewenscht. Op grond van het vorenstaande moge Uwer Majesteit eerbiedig worden verzocht ingevolge artikel 72a der Ont eigeningswet met betrekking tot voormeld perceel, nader in blauw omlijnd aangegeven op de hierbij gevoegde teekening No. 48-12, kadastraal bekend Sectie E. No. 363, volgens de registers van het kadaster groot 1620 M-. en volgens deze registers in eigendom toebehoorende aan den heer Charles Marie Jean Joseph Smits, industrieel, Baronielaan 228, alhier, een besluit te willen nemen, uit kracht waarvan de onteigening kan geschieden. Mocht hiertegen echter overwegend bezwaar bestaan, dan moge Uwer Majesteit worden verzocht bedoeld besluit te willen nemen met betrekking tot het op bijgaande teekening met groene arceering aangegeven gedeelte van voormeld per- Ceel, groot 199 M2. Burgemeester en Wethouders van Breda; VAN SLOBBE, Burgemeester. VAN WOENSEL, Secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Bijlagen bij de notulen van de gemeenteraad | 1938 | | pagina 204